ECLI:NL:GHLEE:2007:BC1149
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- J. den Boer
- E.A.G. van der Ouderaa
- P.F. Goes
- Rechtspraak.nl
Aftrek van lijfrentepremie in verband met overdracht van onderneming
In deze zaak, uitgesproken op 19 december 2007 door het Gerechtshof Leeuwarden, staat de aftrekbaarheid van een lijfrentepremie centraal. De belanghebbende, een ondernemer, had in 1996 een aanslag inkomstenbelasting ontvangen, waartegen hij bezwaar had aangetekend. De inspecteur handhaafde de aanslag, waarna de belanghebbende in beroep ging. Het geschil draait om de vraag of de lijfrentepremie, die de belanghebbende had betaald aan een besloten vennootschap (BV) na de overdracht van zijn onderneming, als persoonlijke verplichting in aftrek kan worden gebracht. De inspecteur betwistte deze aftrek, stellende dat de overdracht niet voldeed aan de voorwaarden van de wet.
De feiten tonen aan dat de belanghebbende en zijn echtgenote hun onderneming in 1996 hebben ingebracht in de BV, maar dat deze onderneming kort daarna aan derden is verkocht. Het Hof overweegt dat de voorwaarden voor aftrek van de lijfrentepremie niet zijn vervuld, omdat de overdracht aan de BV onmiddellijk gevolgd werd door een verkoop aan derden. Dit betekent dat de premie niet als persoonlijke verplichting kan worden aangemerkt, en de aftrek dus niet kan worden verleend.
Het Hof concludeert dat het beroep van de belanghebbende ongegrond is. De proceskosten worden niet toegewezen, omdat het Hof geen termen aanwezig acht voor een veroordeling in de proceskosten. De uitspraak is openbaar gedaan en ondertekend door de voorzitter en de griffier.