ECLI:NL:GHLEE:2007:BB8885
Gerechtshof Leeuwarden
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.A.G. van der Ouderaa
- J. den Boer
- P.F. Goes
- Rechtspraak.nl
Naheffingsaanslag loonbelasting en heffingsrente in geschil met aansprakelijkstelling
In deze zaak staat de juistheid van een naheffingsaanslag loonbelasting en de beschikking heffingsrente centraal, waarbij belanghebbende aansprakelijk is gesteld. De inspecteur heeft aan A een naheffingsaanslag opgelegd voor loonbelasting/premies volksverzekeringen over de periode van 11 maart 1994 tot en met 31 december 1997, met een bedrag van ƒ 34.778.153. Tevens is er een beschikking heffingsrente van ƒ 1.257.807 opgelegd. Na ambtshalve vermindering is de naheffingsaanslag verlaagd tot ƒ 31.795.034 en de heffingsrente verhoogd tot ƒ 1.840.202. Belanghebbende heeft bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslagen en de beschikkingen heffingsrente, maar deze zijn door de inspecteur gehandhaafd. Het Hof heeft de feiten en omstandigheden rondom de inlening van Poolse arbeidskrachten door belanghebbende onderzocht. Het Hof concludeert dat A als werkgever moet worden aangemerkt en dat de inspecteur de loonheffing correct heeft berekend. Belanghebbende heeft onvoldoende bewijs geleverd voor haar stellingen dat de naheffingsaanslag te hoog is vastgesteld. Het Hof oordeelt dat de naheffingsaanslag en de beschikking heffingsrente, voor zover deze belanghebbende aangaan, conform de wettelijke bepalingen zijn vastgesteld. De aansprakelijkstelling van belanghebbende voor de heffingsrente wordt gedeeltelijk vernietigd, waarbij het Hof de heffingsrente vermindert tot ƒ 3.675. De uitspraak van de rechtbank Assen wordt bevestigd, maar de heffingsrente wordt aangepast.