ECLI:NL:GHLEE:2006:AZ0244
Gerechtshof Leeuwarden
- Hoger beroep
- K. Lahuis
- J.M. Rowel-van der Linde
- M. Koers-van der Linden
- Rechtspraak.nl
Medicinale cannabis en overmacht-noodtoestand bij MS-patiënt
In deze zaak heeft het Gerechtshof Leeuwarden op 17 oktober 2006 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Assen. De verdachte, een MS-patiënt, had medicinale cannabis geteeld om de symptomen van zijn ziekte te verlichten. De politierechter had de verdachte veroordeeld voor het telen van hennep, maar de verdachte stelde dat hij handelde uit overmacht-noodtoestand, omdat de cannabis hem hielp bij het bestrijden van spasticiteit en pijn. Het hof heeft de zaak grondig onderzocht, waarbij deskundigen werden gehoord over de medicinale werking van cannabis en de noodzaak voor de verdachte om zelf te telen, gezien de hoge kosten van legale medicinale cannabis en de variabiliteit in kwaliteit van cannabis uit coffeeshops.
Het hof oordeelde dat het belang van de gezondheid van de verdachte in deze bijzondere omstandigheden zwaarder woog dan het maatschappelijk belang bij handhaving van de Opiumwet. Het hof heeft de verdediging in haar standpunt gevolgd dat de verdachte niet strafbaar was, omdat zijn handelen niet in strijd was met de ratio van de Opiumwet. De verdachte werd ontslagen van alle rechtsvervolging en de inbeslaggenomen voorwerpen werden aan hem teruggegeven. Dit arrest benadrukt de complexiteit van de wetgeving rondom medicinale cannabis en de noodzaak voor een zorgvuldige afweging van belangen in vergelijkbare zaken.