Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Zaaknummer rechtbank : 9203041 \ CV EXPL 21-1441
1.De zaak in het kort
2.Het verdere procesverloop in hoger beroep
- het tussenarrest van dit hof van 19 september 2023 waarin [appellant] tot bewijslevering is toegelaten;
- de akte uitlating, tevens akte wijziging van (grondslag van) eis van Mijbupark;
- de akte uitlaten, tevens houdende overlegging producties tevens houdende bezwaar tegen de akte wijziging van (grondslag) van eis van [appellant] , met productie 15;
- de akte uitlaten tevens houdende overlegging producties van [appellant] , met productie 16;
- het proces-verbaal van het getuigenverhoor van 7 februari 2024;
- het proces-verbaal van het getuigenverhoor van 14 februari 2024;
- het proces-verbaal van het getuigenverhoor van 17 september 2024;
- de memorie na enquete, tevens houdende akte vermindering van eis, met producties 16 en 17 van [appellant] ;
- de memorie na enquete van Mijbupark.
3.De gewijzigde vorderingen in hoger beroep
4.Verdere beoordeling in hoger beroep
Inleidende overwegingen
- [appellant] ;
- [getuige 2] ;
- [getuige 3]
- [getuige 4]
- [getuige 5]
- [getuige 6]
- [getuige 7] .
- [getuige 8] ;
- [getuige 9] ;
- [getuige 10] .
€ 7.407,69. Het hof zal dit bedrag toewijzen. [appellant] heeft gevorderd dat over dit bedrag de wettelijke rente wordt toegewezen vanaf 30 oktober 2019. Dat deel van de vordering is toewijsbaar.
€ 2.040,24.
5.Beslissing
opnieuw rechtdoende:
- verklaart voor recht dat Mijbupark toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de op haar rustende verplichtingen uit hoofde van de tussen partijen gesloten seizoensovereenkomst;
- veroordeelt Mijbupark tot betaling van € 7.407,69, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 30 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
- wijst de vorderingen in reconventie van Mijbupark af;
- veroordeelt Mijbupark in de kosten van het geding in eerste aanleg, aan de zijde van [appellant] tot op 8 december 2021 begroot op € 1.431,- aan salaris gemachtigde;
- bepaalt dat binnen veertien dagen na de dag van deze uitspraak aan deze kostenveroordeling moet zijn voldaan, bij gebreke waarvan de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW verschuldigd is vanaf het einde van voormelde termijn tot aan de dag der algehele voldoening;
- bepaalt dat als Mijbupark niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan dit arrest heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, Mijbupark de kosten van die betekening moeten betalen, plus extra nakosten van € 92,- vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als Mijbupark deze niet binnen veertien dagen na betekening heeft voldaan;
- wijst het meer of anders gevorderde af;