Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.[geïntimeerde 1] ,
[geïntimeerde 2],
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de rechtbank
- i) ontbinding van de huurovereenkomst;
- ii) ontruiming van de woning;
- iii) betaling van een huurachterstand van € 3.024,38, inclusief € 466,31 aan incassokosten,;
- iv) een gebruiksvergoeding van € 934,23 voor iedere maand waarin [geïntimeerde 1] c.s. de woning na 1 april 2024 in bezit houden;
- v) wettelijke rente over een huurachterstand van € 2.603,84 vanaf 1 februari 2024 tot de dag van betaling;
- vi) een veroordeling in de proceskosten.
Abusievelijk is de overweging dat de gevorderde ontbinding/ontruiming zal worden afgewezen vanwege een te geringe huurachterstand niet opgenomen en is ten onrechte de overweging met betrekking tot de ontruimingstermijn opgenomen”
.
5.Vordering in hoger beroep
6.Beoordeling in hoger beroep
7.Beslissing
- vernietigt het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Den Haag van 21 maart 2024, voor zover de kantonrechter onder 4. het meer of anders gevorderde heeft afgewezen;
- ontbindt de huurovereenkomst;
- veroordeelt [geïntimeerde 1] c.s. om met al de hunnen en het hunne de woning te ontruimen binnen veertien dagen na betekening van dit arrest;
- bekrachtigt het vonnis voor het overige;
- veroordeelt [geïntimeerde 1] c.s. in de kosten van de procedure in hoger beroep, aan de zijde van Woonbron begroot op € 2.325,96;
- bepaalt dat als [geïntimeerde 1] c.s. niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de uitspraak heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, [geïntimeerde 1] c.s. de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 92,-;
- verklaart de veroordelingen in dit arrest uitvoerbaar bij voorraad.