ECLI:NL:GHDHA:2025:112
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van hoger beroep wegens niet-betaald griffierecht in belastingzaak
In deze zaak heeft [X] B.V. hoger beroep ingesteld tegen een uitspraak van de Rechtbank Den Haag, waarbij het hoger beroep niet-ontvankelijk is verklaard omdat het verschuldigde griffierecht van € 559,00 niet is betaald. De gemachtigde van belanghebbende heeft op verschillende momenten stukken ingediend, maar heeft geen bewijs van betalingsonmacht overgelegd. De mondelinge behandeling vond plaats op 28 november 2024, waarbij alleen de ontvankelijkheid in hoger beroep is behandeld. Het Hof heeft vastgesteld dat de betalingsherinnering op 28 juli 2024 is verzonden en dat belanghebbende deze heeft ontvangen. De gemachtigde voerde aan dat de nota griffierecht onduidelijk was, maar het Hof oordeelde dat de nota en de betalingsherinnering voldoende informatie bevatten om de betaling te kunnen koppelen aan de zaak. Het Hof heeft de argumenten van de gemachtigde verworpen en geconcludeerd dat het hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet tijdig is voldaan. Tevens is het verzoek om vergoeding van immateriële schade afgewezen, omdat de uitspraak binnen de redelijke termijn is gedaan.