Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De zaak en de beschikking in het kort
2.Het geding in hoger beroep
- op 26 maart 2024 een brief van 21 maart 2024 met bijlagen, inhoudende het procesdossier in eerste aanleg;
- een e-mailbericht van 2 april 2024 betreffende de foto’s die moeder voornemens is over te leggen ter zitting bij het hof;
- een e-mailbericht van 2 april 2024 met bijlagen, inhoudende producties 1 tot en met 8;
- een e-mailbericht van 2 april 2024 met bijlagen, inhoudende de pleitnotitie van de zijde van de vader in eerste aanleg;
- een e-mailbericht van 3 april 2024 met bijlagen, inhoudende het proces-verbaal van de zitting bij de rechtbank van 8 januari 2024.
- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat;
- de voorlopige voogdes via MS Teams, vertegenwoordigd door [vertegenwoordiger 1] ;
- de raad, vertegenwoordigd door mevrouw [vertegenwoordiger raad] .
- van de zijde van de moeder foto’s van [minderjarige 1] . Het hof heeft toegezegd deze foto’s na de uitspraak te zullen vernietigen en niet (blijvend) in het dossier op te nemen;
- van de zijde van de vader de beschikking voorlopige voogdij van de rechtbank Den Haag van 24 januari 2024 en het proces-verbaal van de regiezitting bij de rechtbank van 24 januari 2024.
3.De feiten
- de vader en de moeder hebben een affectieve relatie met elkaar gehad en woonden samen in [woonplaats] , Denemarken;
- uit hun relatie zijn de volgende nog minderjarige kinderen geboren:
- de vader, de moeder en de kinderen hebben de Nederlandse nationaliteit;
- de vader en de moeder hebben op grond van de Deense wetgeving gezamenlijk het gezag over de kinderen;
- de moeder heeft met de kinderen op 15 november 2023 de woning van partijen in [woonplaats] , Denemarken, verlaten en is met de kinderen naar Nederland vertrokken voor een vakantie;
- de moeder heeft de vader op 5 december 2023 laten weten dat zij en de kinderen niet zullen terugkeren naar Denemarken;
- de vader heeft zich niet gemeld bij de Nederlandse Centrale Autoriteit (CA);
- bij verzoekschrift van 8 januari 2024 heeft de vader – kort gezegd – gevorderd dat de rechter de onmiddellijke teruggeleiding van de kinderen gelast;
- bij beschikking van de rechtbank Den Haag van 24 januari 2024 is de Stichting Leger des Heils Jeugdbescherming & Reclassering belast met de voorlopige voogdij over de kinderen tot het moment – voor zover het verzoek van de vader tot teruggeleiding wordt toegewezen – dat die beslissing tot teruggeleiding ten uitvoer zal zijn gelegd.