ECLI:NL:GHDHA:2024:591
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen naheffingsaanslag Bpm met betrekking tot Audi Q8 en Audi S8 wegens schade en CO₂-uitstootwaarde
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van belanghebbende tegen de uitspraak van de Rechtbank Den Haag inzake een naheffingsaanslag in de belasting van personenauto’s en motorrijwielen (bpm) voor twee voertuigen, een Audi Q8 en een Audi S8. De naheffingsaanslag van in totaal € 6.738 werd opgelegd door de Inspecteur van de Belastingdienst, die de aanslag handhaafde na bezwaar. De Rechtbank heeft in haar uitspraak van 4 januari 2023 de naheffingsaanslag gedeeltelijk vernietigd, maar het beroep van belanghebbende in de zaak met betrekking tot de Audi Q8 ongegrond verklaard en de aanslag voor de Audi S8 verminderd. Belanghebbende heeft hoger beroep ingesteld, waarbij hij stelt dat de Inspecteur ten onrechte geen waardevermindering wegens schade heeft erkend en dat de CO₂-uitstootwaarde van de Audi Q8 onjuist is vastgesteld. Tijdens de mondelinge behandeling op 15 februari 2024 is de zaak besproken. Het Hof oordeelt dat de bewijslast voor de waardevermindering bij belanghebbende ligt en dat hij niet voldoende bewijs heeft geleverd voor de schade aan de Audi Q8. Voor de Audi S8 is echter vastgesteld dat er meer dan normale gebruiksschade is, wat leidt tot een vermindering van de naheffingsaanslag. Het Hof bevestigt de uitspraak van de Rechtbank voor de Audi Q8, maar vermindert de naheffingsaanslag voor de Audi S8 met € 186. De uitspraak van het Hof is op 28 maart 2024 gedaan.