ECLI:NL:GHDHA:2024:2631
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake ingangsdatum schuldsaneringsregeling na faillissement
In deze zaak heeft [appellant] hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van de rechtbank Rotterdam, waarin zijn verzoek tot opheffing van zijn faillissement en de toepassing van de schuldsaneringsregeling werd toegewezen, maar zijn verzoek om een eerdere ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling werd afgewezen. Het hof heeft op 26 november 2024 de mondelinge behandeling gehouden, waarbij [appellant] en zijn advocaat, mr. P.A. Loeff, aanwezig waren, evenals de bewindvoerder. Het hof heeft vastgesteld dat [appellant] gedurende zijn faillissement alle medewerking heeft verleend aan de curator en meer heeft afgedragen aan de boedel dan het vrij te laten bedrag. Het hof oordeelt dat de rechtbank ten onrechte de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling niet eerder heeft vastgesteld dan de datum van de uitspraak. Het hof heeft besloten de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling te bepalen op 28 februari 2023 en de looptijd van de regeling op 24 maanden te stellen, eindigend op 28 februari 2025. Tevens is bepaald dat [appellant] over de verlengde periode van zes maanden geen afdrachverplichtingen meer heeft. Het hof vernietigt het vonnis van de rechtbank voor zover het betreft de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling en verwijst de zaak terug naar de rechtbank voor de uitvoering van de schuldsaneringsregeling.