Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
5.De motivering van de beslissing
tegenelkaar als ouders, stellen zij nog steeds boven het
met elkaarzoeken naar mogelijkheden voor een duurzame en constructieve uitoefening van het gezag over [de minderjarige] . In het vrijwillige kader is vanuit het jeugdondersteuningsteam (JOT), een wijkteam en met behulp van mediaton met de ouders getracht om hun onderlinge strijd te doen stoppen en zowel de ouderrelatie als hun onderlinge communicatie en vertrouwen te verbeteren. Dit hulpaanbod heeft nog niet geleid tot verbetering van de situatie. Binnen de ondertoezichtstelling zijn de ouders begin 2023 aangemeld voor Ouderschap na Scheiding (ONS) van Timon. Timon gaf aan dat het moeilijk was om een intakegesprek met de vader in te plannen. Hierop volgend heeft de gecertificeerde instelling besloten om de ouders een schriftelijke aanwijzing te geven indien de vader op het eerstvolgende intakegesprek opnieuw niet zou verschijnen. Na de intakegesprekken met de ouders heeft Timon besloten om de hulpverlening uiteindelijk toch niet op te starten, vanwege de complexiteit van de casus, de nog lopende rechtszaken en de afwezigheid van een vaste jeugdbeschermer.
Ter zitting in hoger beroep is verder gebleken dat het door de vader aangedragen traject Ouderschap Blijft van CJG [plaats] momenteel geen beschikbare optie is. Dit heeft te maken met het feit dat [de minderjarige] ingeschreven staat in de [woonplaats] , zodat deze gemeente de verantwoordelijkheid voor de financiering van dit traject van CJG [plaats] draagt. Zowel (de advocaten van) de ouders als de gecertificeerde instelling hebben aangegeven dat de [woonplaats] hiertoe vooralsnog niet bereid is, maar dat daarover wel gesprekken lopen. Het hof betreurt dat dergelijke administratief-financiële problemen een kans op verbetering tussen deze ouders in de weg staan. Beide ouders lijken wel bereid om dit traject te volgen.