Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.[opposant 1],
[opposant 2],
[opposant 3],
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
- de dagvaarding van 11 januari 2023, waarmee [opposant 3] c.s. in verzet is gekomen van het tussen partijen door dit hof gewezen verstekarrest van 13 december 2022 (hierna ook: het verstekarrest) op het door [geopposeerde] ingestelde hoger beroep tegen het vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 21 januari 2022 (hierna ook: het vonnis), alsmede de in het verstekarrest onder 2.1 genoemde stukken;
- de akte overlegging productie 19 tot en met 33, tevens akte vermeerdering eis, gedateerd 4 juni 2023 van de zijde van [geopposeerde], met producties 19 tot en met 33;
- de in januari 2024 door het hof ontvangen, ten behoeve van de mondelinge behandeling, door [opposant 3] c.s. overgelegde akte overlegging bewijstukken, met producties 12 tot en met 17.
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de kantonrechter
5.Vorderingen in hoger beroep, het verstekarrest en het verzet
6.Beoordeling in hoger beroep
- de Porsche in mei 2022 na een APK is goedgekeurd, met twee kleine gerepareerde afkeurpunten (een beschadigd achterlicht en de ruitenwissers), hetgeen er op wijst dat geen sprake was van zo ernstige gebreken dat deze een beroep op non-conformiteit rechtvaardigen en
- het hof ervan uitgaat dat in de periode van september 2021 tot 22 maart 2023 ongeveer 8000 km met de Porsche is gereden, terwijl [geopposeerde] heeft gesteld dat met de Porsche vanwege de gebreken niet kon worden gereden. De onderbouwde stelling van [opposant 3] c.s. dat in die periode ongeveer 8000 km gereden is met de Porsche heeft [geopposeerde] niet gemotiveerd betwist.
7.Beslissing
- bekrachtigt het tussen partijen gewezen vonnis van de kantonrechter in de rechtbank Rotterdam van 21 januari 2022;
- veroordeelt [geopposeerde] in de kosten van de procedure in hoger beroep aan de zijde van [opposant 3] c.s. begroot op € 6.734,--, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als [geopposeerde] deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan;
- bepaalt dat als [geopposeerde] niet binnen veertien dagen na aanschrijving aan de uitspraak heeft voldaan en dit arrest vervolgens wordt betekend, [geopposeerde] de kosten van die betekening moet betalen, plus extra nakosten van € 90,--, vermeerderd met de wettelijke rente over deze kosten als [geopposeerde] deze niet binnen veertien dagen na heden heeft voldaan;
- verklaart de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.