ECLI:NL:GHDHA:2024:2006
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige daad politie bij schietincident met agressieve verdachte
In deze zaak gaat het om een schietincident waarbij de politie een persoon, aangeduid als [appellant], in zijn been heeft geschoten. Dit gebeurde nadat [appellant] zich agressief had gedragen, eerst jegens zijn moeder en vervolgens jegens twee politieagenten die op een melding afkwamen. De agenten troffen [appellant] aan met een mes en dreigden met hun vuurwapens. Ondanks dat [appellant] op het moment van het schieten ongewapend was, oordeelde het hof dat het gebruik van het vuurwapen gerechtvaardigd was. Het hof concludeerde dat de agenten er rekening mee mochten houden dat [appellant] mogelijk nog steeds een mes bij zich had, gezien zijn eerdere gedrag. De vordering van [appellant] om schadevergoeding te ontvangen van de politie en haar aansprakelijkheidsverzekeraar, Achmea, werd afgewezen. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank, die eerder had geoordeeld dat de politie niet onrechtmatig had gehandeld. De zaak benadrukt de juridische principes van proportionaliteit en subsidiariteit in het gebruik van geweld door de politie.