ECLI:NL:GHDHA:2024:1885
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake waardevaststelling onroerende zaak restaurant onder de Wet WOZ
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 24 september 2024 uitspraak gedaan in het hoger beroep van [X] B.V. tegen de beslissing van de Rechtbank Den Haag van 8 november 2023. De zaak betreft de waardevaststelling van een restaurant onder de Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ). De Heffingsambtenaar van de gemeente Den Haag had de waarde van de onroerende zaak vastgesteld op € 720.000 per 1 januari 2021. Belanghebbende, de eigenaar van het restaurant, heeft bezwaar gemaakt tegen deze beschikking en de daaropvolgende aanslag, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard door de Heffingsambtenaar. De Rechtbank heeft het beroep van belanghebbende tegen deze beslissing eveneens ongegrond verklaard, wat leidde tot het hoger beroep bij het Hof.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de gemachtigde van belanghebbende zijn grieven toegelicht, waarbij hij stelde dat de waarde te hoog was vastgesteld en dat de Heffingsambtenaar niet alle relevante stukken had overgelegd. Het Hof oordeelde dat de Heffingsambtenaar aannemelijk had gemaakt dat de waarde niet te hoog was vastgesteld, en dat de stellingen van belanghebbende onvoldoende onderbouwd waren. Het Hof bevestigde de uitspraak van de Rechtbank en wees het verzoek om proceskostenvergoeding af. De uitspraak benadrukt de rol van de Heffingsambtenaar in het bewijzen van de waarde en de verplichtingen van belanghebbende om concrete bewijsstukken aan te leveren ter ondersteuning van hun claims.