Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
- een journaalbericht van de zijde van de vader (met bijlage) van 9 april 2024, ingekomen op diezelfde datum;
- een brief van de zijde van de vader (met bijlagen) van 15 april 2024, ingekomen op diezelfde datum;
- een video-opname van de zijde van de moeder, ingekomen op 17 april 2024;
- een brief van de zijde van de moeder (met bijlagen) van 18 april 2024, ingekomen op diezelfde datum;
- een brief van de zijde van de vader (met bijlage) van 22 april 2024, ingekomen op diezelfde datum;
- een journaalbericht van de zijde van de moeder van 23 april 2024;
- een e-mail van de zijde van de moeder (met bijlage) van 23 april 2024.
3.De feiten en het verloop van de procedure in eerste aanleg
Indefinite Leavegekregen in het Verenigd Koninkrijk. Met deze status kunnen zij voor onbeperkte tijd in het Verenigd Koninkrijk verblijven.
.
Family Court) ingediend. Dit verzoek ziet op de verhuizing van [de minderjarige] naar Londen en het nemen van andere gezagsbeslissingen. De Engelse rechter heeft zich onbevoegd verklaard omdat er al procedures lopen bij de Nederlandse rechter.
- bepaald dat [de minderjarige] zijn hoofdverblijfplaats bij de moeder zal hebben, onder de voorwaarde dat zij uiterlijk op 1 januari 2024 in Nederland in de regio [plaats] zal wonen en verblijven;
- bepaald dat [de minderjarige] zijn hoofdverblijfplaats met ingang van 1 januari 2024 bij de vader zal hebben indien de moeder niet uiterlijk op die datum in Nederland in de regio [plaats] zal wonen en verblijven;
- een zorgregeling vastgelegd tussen de vader en [de minderjarige] waarbij [de minderjarige] bij de vader zal zijn:
- in de maanden november en december 2023 – met ingang van zaterdag 4 november 2023 – eenmaal per twee weken van zaterdag 10.00 uur tot 17.00 uur;
- in de maanden januari en februari 2023 – met ingang van zaterdag 6 januari 2024 – om de week op zaterdag 10.00 uur tot zondag 17.00 uur;
- met ingang van vrijdag 1 maart 2024 om de week van vrijdag 17.00 uur tot maandag 18.00 uur, en elke week op maandag van 8.00 uur tot 18.00 uur;
- bepaald dat de moeder aan de vader een dwangsom verbeurt van € 1.000,- voor iedere keer dat zij de zorgregeling niet nakomt met een maximum van € 25.000,-;
- de moeder veroordeeld om met ingang van 1 januari 2024 de legitimatiebewijzen van [de minderjarige] aan de vader af te geven op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag en met een maximum van € 15.000,-;
- de beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad verklaard;
- het verzoek van de moeder om vervangende toestemming voor verhuizing met [de minderjarige] naar Engeland afgewezen.
- de moeder [de minderjarige] voor 5 december 2023 23:59 uur terug moet brengen naar Nederland;
- de moeder haar adres in Nederland aan de advocaat van de vader moet doorgeven. De advocaat van de vader mag het adres niet aan de vader geven zolang er nog procedures lopen in Nederland;
- de moeder Nederland niet met [de minderjarige] mag verlaten zonder toestemming van de vader;
- de moeder de dag na aankomst in Nederland voor 16:00 uur de reisdocumenten van [de minderjarige] aan de advocaat van de vader moet geven;
- de afspraken uit de annex moeten worden nagekomen. Deze afspraken luiden onder meer:
- de vader mag niet dreigen met geweld, geen geweld gebruiken en [de minderjarige] niet bij de moeder weghalen;
- de vader moet kinderopvangkosten betalen en de vliegtickets betalen;
- de vader mag de dwangsommen die voor 5 december 2023 verbeurd zijn niet innen.
4.De omvang van het geschil in hoger beroep
- primair: de hoofdverblijfplaats van [de minderjarige] bij de vader te bepalen;
- subsidiair: indien de hoofdverblijfplaats van [de minderjarige] niet wordt gewijzigd, nakoming van de bestreden beschikking door de moeder op straffe van lijfsdwang;
- meer subsidiair: bij wijze van voorwaardelijk incidenteel appel, namelijk voor het geval de moeder toestemming krijgt om met [de minderjarige] naar Londen te verhuizen, een zorgregeling inclusief vakantieregeling vast te stellen, die door de moeder op straffe van lijfsdwang moet worden nagekomen.
5.De motivering van de beslissing
[de minderjarige] is in Nederland geboren, in de periode tussen oktober 2020 en januari 2021.
De beslissing
- met ingang van 21 maart 2024 de zorgregeling geldt zoals partijen ten tijde van de mondelinge behandeling bij de voorzieningenrechter op 21 maart 2024 met elkaar zijn overeengekomen, aldus dat [de minderjarige] met ingang van 3 mei 2024 steeds de ene week van vrijdag 17.00 uur tot maandag 18.00 uur bij de vader verblijft en de andere week op maandag van 8.00 uur tot 18.00 uur bij de vader verblijft;
- de moeder het paspoort van [de minderjarige] voor 15 juli 2024 aan de vader moet afgeven, op straffe van een dwangsom van € 500,- per dag waarop zij dat niet doet en met een maximum van € 15.000,-;