ECLI:NL:GHDHA:2023:653
Gerechtshof Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Herstel van alimentatiebedragen in echtscheidingszaak na verzoek tot verbetering
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Den Haag, betreft het een herstelbeschikking in een echtscheidingsprocedure. De zaak is op 19 april 2023 behandeld en betreft de verzoeken van de man, die als directeur-grootaandeelhouder (DGA) wordt aangemerkt, om correctie van de alimentatiebedragen die eerder zijn vastgesteld. De man had op 15 maart 2023 een beschikking ontvangen, maar verzocht het hof om verbetering van deze beschikking, omdat er geen rekening was gehouden met de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet (ZVW) die hij moet betalen. De man stelde dat deze bijdrage van € 3.284,- netto in 2022 niet was meegenomen in de berekeningen van de alimentatieverplichtingen.
De vrouw, die in het principaal hoger beroep als verzoekster optreedt en in het incidenteel hoger beroep als verweerster, heeft op het verzoek van de man gereageerd en verklaard zich te refereren aan de uitspraak van het hof, wat betekent dat zij geen bezwaar heeft tegen de verbetering van de beschikking. Het hof heeft vervolgens vastgesteld dat er sprake is van een kennelijke rekenfout die eenvoudig te herstellen is. De door de man ingediende berekening, waarin rekening is gehouden met de inkomensafhankelijke bijdrage ZVW, is door het hof als juist beoordeeld.
De beslissing van het hof houdt in dat de kinderalimentatie wordt aangepast van € 562,- naar € 554,- per kind per maand, en de partneralimentatie van € 1.620,- naar € 1.386,- bruto per maand. Deze wijzigingen zijn met terugwerkende kracht van toepassing vanaf de datum van inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand, te weten 11 oktober 2021. De beschikking van 15 maart 2023 blijft voor het overige gehandhaafd. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van het hof, met de griffier aanwezig.