Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
hij op of omstreeks 28 december 2019 te Schiedam tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, geld en/of verdovende middelen, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele toebehoorde(n) aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2], in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s), heeft weggenomen, met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl deze diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2],
- in de woonkamer van de [adres] te Schiedam is op de grond, vlakbij het lichaam van slachtoffer [slachtoffer 1], een klauwhamer aangetroffen;
- om de enkels van het stoffelijk overschot van [slachtoffer 1] zat een zwart gekleurde HDMI-kabel geknoopt met daarop DNA-materiaal van [verdachte];
- uit forensisch onderzoek is met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid naar voren gekomen dat in de woonkamer met twee verschillende vuurwapens is geschoten;
- [medeverdachte 1] heeft als gevolg van het onderhavige incident (schot)letsel in onder meer zijn arm opgelopen;
- in het lichaam van [slachtoffer 1] zijn meerdere inschotverwondingen aangetroffen;
- uit camerabeelden kan worden opgemaakt dat de verdachte en medeverdachte kort na het incident samen met [medeverdachte 2] weglopen, en dat laatstgenoemde een zwarte tas bij zich heeft.
ripdealheeft plaatsgevonden, waarbij het de bedoeling was om de goederen die [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] bij zich hadden weg te nemen. Aan die bedoeling is ook daadwerkelijk uitvoering gegeven door het wegnemen van de zwarte tas terwijl deze wegneming vooraf ging van en vergezeld werd met geweld en bedreiging met geweld. Dit maakt dat sprake is van diefstal met geweld.
rippenvan de door hen meegebrachte goederen. Gelet op de toegepaste (gewelds)handelingen en de aanwezigheid van het vuurwapen lag daarin de reële mogelijkheid tot het doden van [slachtoffer 1] besloten. Daarbij neemt het hof in aanmerking dat toen [medeverdachte 1] zijn vuurwapen tevoorschijn haalde en zei “op de grond” en/of “down”, de verdachte de hamer pakte. Zo de verdachte al niet mocht hebben geweten dat [medeverdachte 1] een vuurwapen bij zich had, heeft hij, op het moment dat deze het vuurwapen tevoorschijn haalde, zich niet van de situatie gedistantieerd, maar is daarin juist mee gegaan door een hamer te pakken, en (te trachten) de handen van [slachtoffer 1] vast te binden. Ook nadat het vuurwapen door [medeverdachte 1] was getoond heeft [verdachte] zich derhalve actief bezig gehouden met de
ripdeal.
of omstreeks28 december 2019 te Schiedam tezamen en in vereniging met een
of meerander
en, althans alleen,[slachtoffer 1] opzettelijk van het leven heeft beroofd,
een of meerkogels af te vuren op die [slachtoffer 1]
gevolgd,vergezeld en
/ofvoorafgegaan van enig strafbaar feit,
/ofgemakkelijk te maken
en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of aan de andere deelnemer(s) aan dat feit straffeloosheid en/of het bezit van het wederrechtelijk verkregene te verzekeren;
hij op
of omstreeks28 december 2019 te Schiedam tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen, geld en/of verdovende middelen, in elk gevalenig goed, dat
/die geheel of ten deletoebehoorde
(n)aan [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2]
, in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
/ofvergezeld
en/of gevolgdvan geweld en
/ofbedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 1] en
/ofdie [slachtoffer 2],
/ofgemakkelijk te maken
en/of om, bij betrapping op heterdaad, aan zichzelf en/of aan de andere deelnemer(s) aan het misdrijf hetzij de vlucht mogelijk te maken hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,door
/ofdie [slachtoffer 2] te richten en
/of
/ofdie [slachtoffer 2] te schreeuwen ‘Down’ en/of ‘Op de grond’
dan wel woorden van gelijke strekkingen
/of
/of
een of meerkogels af te vuren op die [slachtoffer 1],
en
- de verdachte is op 14 januari 2020 in verzekering gesteld;
- op 1 oktober 2021 is door de rechtbank vonnis gewezen,
- op respectievelijk 14 en 15 oktober 2021 is door de officier van justitie en namens de verdachte hoger beroep ingesteld tegen het vonnis;
- op 4 april 2022 is het dossier bij het hof binnengekomen;
- de inhoudelijke behandeling van de zaak heeft plaatsgevonden op 6 april 2023, 13 november 2023 en
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
9 (negen) jaren en 9 (negen) maanden.
Vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2]
€ 15.346,87 (vijftienduizend driehonderdzesenveertig euro en zevenentachtig cent) bestaande uit € 346,87 (driehonderdzesenveertig euro en zevenentachtig cent) materiële schade en € 15.000,00 (vijftienduizend euro) immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 1]
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 2]
€ 20.000,00 (twintigduizend euro) ter zake van immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.
Vordering van de benadeelde partij [benadeelde partij 3]
€ 20.000,00 (twintigduizend euro) ter zake van immateriële schade, waarvoor de verdachte met de mededader(s) hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de hierna te noemen aanvangsdatum tot aan de dag der voldoening.