ECLI:NL:GHDHA:2023:2341

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
12 december 2023
Publicatiedatum
5 december 2023
Zaaknummer
200.322.662/01
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Intellectueel-eigendomsrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopig deskundigenonderzoek in merkinbreukzaak Fairview Sports Trading Limited

In deze zaak heeft Fairview Sports Trading Limited, gevestigd in Dublin, hoger beroep ingesteld tegen de Staat der Nederlanden (Ministerie van Justitie en Veiligheid) naar aanleiding van de vernietiging van een partij schoenen. De Staat heeft deze schoenen vernietigd omdat zij inbreuk zouden maken op het merk Converse, dat in 2014 toebehoorde aan Nike. Fairview stelt dat 12.500 paar schoenen ten onrechte zijn vernietigd, omdat deze geen inbreuk zouden maken. Fairview verzoekt het hof om een voorlopig deskundigenonderzoek naar de schoenen.

Het Gerechtshof Den Haag oordeelt dat Fairview onvoldoende belang heeft bij het verzoek om een voorlopig deskundigenonderzoek. Het hof kan niet aannemen dat Fairview eigenaar was van de 12.500 paar schoenen op het moment van inbeslagname. De Staat heeft betwist dat Fairview nog eigenaar was van deze schoenen, aangezien zij deze op 27 november 2014 zou hebben verkocht aan Global Marketing & Trade, vóór de inbeslagname op 3 december 2014.

Het hof heeft eerder in een tussenarrest geoordeeld dat Fairview de gelegenheid heeft gekregen om haar belang bij het deskundigenonderzoek te onderbouwen, maar heeft geconcludeerd dat Fairview niet voldoende bewijs heeft geleverd om aan te tonen dat zij eigenaar was van de schoenen op het moment van inbeslagname. Het hof wijst daarom het verzoek van Fairview af en houdt de beslissing over de kosten van het incident aan tot de beslissing in de hoofdzaak. De zaak wordt verwezen naar de rol van 23 januari 2024 voor memorie van grieven aan de zijde van Fairview.

Uitspraak

GERECHTSHOF DEN HAAG

Civiel recht
Team Handel
Zaaknummer hof : 200.322.662/01
Zaaknummer rechtbank : C/09/604084 / HA ZA 20-1195
Arrest in het incident tot het treffen van provisionele voorzieningen van 12 december 2023
in de zaak van
Fairview Sports Trading Limited,
gevestigd in Dublin (Ierland),
appellante,
advocaat: mr. G.S.C.M. van Roeyen, kantoorhoudend in Eindhoven,
tegen
Staat der Nederlanden (Ministerie van Justitie en Veiligheid),
zetelend in Den Haag,
verweerster,
advocaat: mr. M. Beekes, kantoorhoudend in Den Haag.
Het hof zal partijen hierna noemen Fairview en de Staat.

1.De zaak in het kort

1.1
De Staat heeft een partij schoenen vernietigd, omdat deze schoenen inbreuk zouden hebben gemaakt op het merk Converse, welk merkrecht in 2014 toebehoorde aan Nike. Volgens Fairview zijn daarbij ten onrechte ook 12.500 paar schoenen vernietigd die aan haar toebehoorden. Deze schoenen zouden namelijk geen inbreuk maken. Fairview vordert dat het hof een voorlopig deskundigenonderzoek gelast waarin de resterende schoenen worden onderzocht.
1.2
Het hof oordeelt dat Fairview onvoldoende belang heeft bij een voorlopig deskundigenonderzoek, omdat het hof er in dit incident niet vanuit kan gaan dat Fairview eigenaar was van de 12.500 paar schoenen op het moment van inbeslagname daarvan.

2.Het verdere procesverloop in hoger beroep

2.1
Het hof heeft op 18 juli 2023 een tussenarrest in incident gewezen (hierna: het tussenarrest). Voor het verloop van de procedure tot aan dat moment, een weergave van de feitelijke achtergrond van deze zaak, en de beoordeling door het hof, verwijst het hof naar dat arrest. Het procesverloop na het tussenarrest blijkt uit de volgende stukken:
  • de akte na tussenarrest van Fairview;
  • de antwoordakte na tussenarrest in het incident van de Staat.

3.De verdere beoordeling van het incident

3.1
Het hof heeft in zijn tussenarrest geoordeeld dat het voornemens was om de vordering van Fairview tot het gelasten van een deskundigenbericht aan te merken als een verzoek om een voorlopig deskundigenbericht, en heeft partijen de gelegenheid gegeven om zich over dat voornemen en de toewijsbaarheid van de aldus begrepen vordering uit te laten. Fairview heeft ingestemd met deze kwalificatie van haar vordering en aldus haar verzoek tot het gelasten van een voorlopig deskundigenbericht gehandhaafd. De Staat meent dat enkel bij verzoekschrift kan worden verzocht om een voorlopig deskundigenbericht, en heeft het hof gevraagd om terug te komen op het voorshands gegeven oordeel.
3.2
Het hof overweegt als volgt. Ook als er veronderstellenderwijs vanuit moet worden gegaan dat de vordering van Fairview aangemerkt kan worden als een verzoek om een voorlopig deskundigenbericht, is dat verzoek niet toewijsbaar gelet op het volgende. De Staat heeft (ook al in haar eerdere processtukken) gemotiveerd betwist dat Fairview voldoende belang heeft bij het gelasten van een voorlopig deskundigenbericht. Volgens de Staat zijn er sterke aanwijzingen dat Fairview geen eigenaar meer was (van het volgens haar aan haar toebehorende deel) van de partij schoenen op het moment van inbeslagname daarvan. Volgens de Staat is Fairview op 6 november 2014 eigenaar geworden van 12.500 paar schoenen, maar heeft zij die schoenen op 27 november 2014 – dus voor de inbeslagname van de partij schoenen op 3 december 2014 – verkocht aan Global Marketing & Trade. De Staat heeft zich hierbij onder meer beroepen op een in eerste aanleg door Fairview overgelegde factuur van 27 november 2014 waaruit die verkoop aan Global Marketing & Trade volgens hem zou blijken. In het tussenarrest is Fairview in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over de vraag wat haar belang is bij een voorlopig deskundigenbericht, gelet op de betwisting van dat belang door de Staat.
3.3
Fairview heeft in dit verband slechts gesteld dat zij zich steeds als eigenaar van de 12.500 paar schoenen heeft gepresenteerd en dat uit twee brieven van het advocatenkantoor CMS te Zürich (de advocaat van Converse) blijkt dat CMS Fairview als eigenaar van die schoenen beschouwde. Uit die brieven blijkt echter alleen dat 12.500 paar schoenen
“angeblich […] gehören sollen”,wat niet meer is dan de weergave van de stelling van een derde, en dat Fairview op 6 november 2014 eigenaar is geworden van de 12.500 paar schoenen. Uit de brieven blijkt echter niet wat er na 6 november 2014 met die schoenen is gebeurd. De brieven ontkrachten de stelling dat Fairview de 12.500 schoenen heeft doorverkocht dus niet. Het hof kan er bij die stand van zaken niet vanuit gaan dat Fairview eigenaar van de 12.500 paar schoenen was op het moment van inbeslagname daarvan. Veeleer lijkt het tegenovergestelde het geval.
3.4
Het hof komt om die reden tot de slotsom dat Fairview geen, althans onvoldoende belang heeft bij het door haar verzochte voorlopig deskundigenbericht. Het hof laat dan nog rusten dat Fairview in dit incident niet heeft onderbouwd dat de 12.500 schoenen (in tegenstelling tot de overige in beslag genomen schoenen) géén inbreuk maken op het merkrecht van Nike, terwijl de rechtbank heeft geoordeeld dat er schoenen met de op de stocklist van Fairview voorkomende serienummers zijn onderzocht en dat uit dat onderzoek is gebleken dat die schoenen wél inbreuk maken op het merkrecht van Nike.
3.5
Het hof heeft in het tussenarrest al geoordeeld dat de overige incidentele vorderingen niet toewijsbaar zijn. Het hof zal daarom alle vorderingen in het incident afwijzen. Over de kosten van dit incident beslist het hof tegelijk met de beslissing in de hoofdzaak. Ten slotte zal het hof in de hoofdzaak een roldatum bepalen voor het nemen van de memorie van grieven door Fairview.

4.Beslissing

Het hof:
In het incident:
  • wijst de vorderingen van Fairview af;
  • houdt de beslissing over de kosten van dit incident aan tot de beslissing in de hoofdzaak;

In de hoofdzaak:

  • verwijst de zaak naar de rol van 23 januari 2024 voor memorie van grieven aan de zijde van Fairview;
  • houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit arrest is gewezen door mrs. A.D. Kiers-Becking, M.P.J. Ruijpers en B.J. Lenselink en in het openbaar uitgesproken op 12 december 2023 in aanwezigheid van de griffier.