Uitspraak
1.De zaak in het kort
2.Procesverloop in hoger beroep
3.Feitelijke achtergrond
4.Procedure bij de kantonrechter
5.Beoordeling
zelfaan de dakopbouw heeft gewerkt (dus niet op de uren van de mensen die voor hem werkten en ook niet op de gebruikte materialen). [appellant] weet niet meer hoeveel uren hij zelf aan de dakopbouw heeft gewerkt. Hij heeft bij de mondelinge behandeling in hoger beroep verklaard:
envan de door [appellant] ingeschakelde mensen. Met de stelling dat € 10.000,- een redelijke prijs weerspiegelt, ondergraaft [appellant] overigens zijn schatting van het door hemzelf gewerkte aantal uren. Als gezegd, zijn in die gestelde redelijke prijs immers ook de uren verdisconteerd die anderen dan [appellant] aan de dakopbouw hebben gewerkt.