Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Uitspraak van 3 november 2022
[X] h.o.d.n. [X-a] te [Z] , belanghebbende,
de inspecteur van de Belastingdienst, de Inspecteur,
Procesverloop
“3.1 Bedrijfsactiviteiten
dat is bedoeld voor de douane, als ik in Marokko aankom kan ik nergens wisselen en ik moet daar invoerrechten betalen. Dan heb ik om en nabij 2000 euro nodig om spullen in te voeren.
Ligt aan de vracht, dit was een hele goede vracht, om en nabij 8000 a 9000 euro opgehaald. Allemaal contant. Dat heb ik op een rit bij me en neem ik mee. Tassen en dozen gaan per kilo, reken ik 2 euro voor. Gemiddeld ongeveer 50 klanten. Soms ook wel 70 klanten. Voor deze vracht ongeveer 50. Zaten mensen met grote spullen tussen.
Ik probeer iedere rit 2000 euro om te wisselen naar dirham in Marokko.
Stel ik heb 10000 euro en ik qa rijden dan heb ik normaal aan kosten voor 2500 en 3000 euro voor onderweg en exclusief douane voor heen en terugreis. Daarnaast betaal ik dus die 20000 dirham omgerekend 2000 euro aan de douane. De rest wat ik over heb voer ik op als omzet. Dus in het voorbeeldgeval zou ik 5000 euro overhouden aan deze rit.
Ongeveer 15 ritten per jaar
Alleen particuliere klanten. Deze krijgen geen bonnetje, zoals ik al zeg ben ik geen pietje precies. Ik tel me geld.
Correctie 1 hogere winst 2014 , 2015, 2016 en 2017 € 43.389 per jaar.
Correctie 6 terug te geven over 2015 € 423 en na te heffen over 2016 € 1.127.
Correctie 7 OB na te heffen 2014, 2015, 2016 en 2017 € 9.111 per jaar.
Hof:correctie 7] uit het controlerapport, leg ik, naast de naheffingsaanslag, een vergrijpboete op. Deze vergrijpboete is gebaseerd op artikel 67f AWR en de regelgeving van het BBBB. (…)
Oordeel van de Rechtbank
Omschrijving geschil in hoger beroep en conclusies van partijen
Beoordeling van het hoger beroep
Proceskosten en griffierecht
Beslissing
- vernietigt de uitspraak van de Rechtbank;
- vernietigt de uitspraak op bezwaar;
- vermindert de naheffingsaanslag tot € 4.649;
- vermindert de in rekening gebrachte belastingrente overeenkomstig;
- vermindert de vergrijpboete tot € 204;
- veroordeelt de Inspecteur in de proceskosten van belanghebbende tot een bedrag van € 3.036;
- bepaalt dat de Inspecteur het in beroep en hoger beroep betaalde griffierecht van € 628 aan belanghebbende vergoedt.