Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
zij op of omstreeks 23 april 2014 te Utrecht, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een (grote) hoeveelheid kleding (ter waarde van totaal ongeveer 3.278,- euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het bedrijf Hollister, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s);
zij (op een of meerdere tijdstip(pen)) in of omstreeks de periode van 29 januari 2014 tot en met 18 april 2014 te Veenendaal en/of Alkmaar en/of Oss, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een of meerdere (grote) hoeveelheden kleding, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het bedrijf V&D B.V., in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s), te weten:
zij op of omstreeks 11 april 2014 te Harderwijk, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een of meerdere jurk(en) en/of een of meerdere andere, kledingstuk(ken) (ter waarde van totaal ongeveer 559,95 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het bedrijf Esprit Harderwijk, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s);
zij op of omstreeks 11 april 2014 te Harderwijk, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen een (grote) hoeveelheid slippers (ter waarde van totaal ongeveer 1.154,84 euro), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan het bedrijf Scapino, in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s);
zij in of omstreeks de periode van 1 november 2013 tot en met 23 april 2014 te `s-Gravenhage, in elk geval in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, van het plegen van opzetheling een gewoonte heeft gemaakt, althans opzet-/schuldheling heeft gepleegd door op verschillende tijdstippen, in elk geval eenmaal, (telkens) een (grote) hoeveelhe(i)d(en) kleding en/of schoeisels heeft verworven, voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen, terwijl zij en/of haar mededader(s) ten tijde van het verwerven of het voorhanden krijgen van die kleding en/of schoeisels (telkens) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden dat het (een) door misdrijf verkregen goed(eren) betrof;
7.(zaak 2)
zij in of omstreeks de periode van 1 november 2013 tot en met 23 april 2014 te `s-Gravenhage, in elk geval in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een organisatie bestaande uit onder meer [medeverdachte1] en/of [medeverdachte2] en/of [medeverdachte3] en/of [medeverdachte4] en/of [medeverdachte5] en/of [medeverdachte6] en/of [medeverdachte7] en/of [medeverdachte8] en/of [medeverdachte9] en/of [medeverdachte10] en/of enige andere leden, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk het (al dan niet in vereniging) plegen van vermogensdelicten, onder andere (winkel)diefstallen en/of (gewoonte)heling en/of (gewoonte)witwassen.
tandpunt van de advocaat-generaal
Feit 1: Diefstal bij Hollister (zaak 9)
enigebetrokkenheid heeft gehad bij de tenlastegelegde diefstal. Niet gebleken is echter dat de verdachte ten aanzien van die diefstal zelf enige uitvoeringshandeling heeft verricht. Ook kan niet gezegd worden dat het mogelijk bieden van “een extra paar ogen” - waarop de advocaat-generaal heeft gewezen - maakt dat de bijdrage van de verdachte van zodanig gewicht is geweest dat alsnog sprake was van de voor medeplegen vereiste nauwe en bewuste samenwerking. Dit maakt dat het hof, anders dan de advocaat-generaal, van oordeel is dat niet kan worden vastgesteld dat de rol van de verdachte zodanig is geweest dat zij als medepleger kan worden aangemerkt. Nu geen medeplichtigheid is tenlastegelegd, behoort de verdachte van het onder 1 tenlastegelegde te worden vrijgesproken.
Feit 2: Diefstal bij V&D Veenendaal (zaak 12)
Feit 3: Diefstal bij Esprit Harderwijk (zaak 20)
Feit 4: Diefstal bij Scapino Harderwijk (zaak 21)
Feit 6: (Gewoonte)heling dan wel schuldheling (zaken 4, 6, 7, 16, 17 en 18)
Feit 7: Deelname aan een criminele organisatie (zaak 2)
- 29 januari 2014: Winkeldiefstal V&D Veenendaal (zaak 13)
- 26 februari 2014: Winkeldiefstal V&D Alkmaar (zaak 11)
- 11 april 2014: Winkeldiefstal Esprit Harderwijk (zaak 20)
- 18 april 2014: Winkeldiefstal V&D Oss (zaak 10)
- 23 april 2014: Winkeldiefstal Hollister Utrecht (zaak 9)
(op
een ofmeerdere tijdstip
(pen
))in
of omstreeksde periode van 29 januari 2014 tot en met 18 april 2014 te Veenendaal en
/ofAlkmaar en
/ofOss,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met een ander of anderen,
althans alleen, (telkens
)met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen
een of meerdere (grote)hoeveelheden kleding,
in elk geval enig goed, geheel of ten deletoebehorende aan het bedrijf V&D B.V.,
in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of haar mededader(s),te weten:
of omstreeks18 april 2014 te Oss meerdere kledingstukken (ter waarde van totaal ongeveer 1.695 euro) en
/of
of omstreeks26 februari 2014 te Alkmaar
een ofmeerdere jas
(sen
)en
/ofbroek
(ken
)(ter waarde van totaal ongeveer 2.338,90 euro) en
/of
of omstreeks29 januari 2014 te Veenendaal
een ofmeerdere jas
(sen
)(ter waarde van totaal ongeveer 1.099,93 euro);
zij in
of omstreeksde periode van 1
november 2013januari 2014tot en met 23 april 2014 te `s-Gravenhage, in elk geval in Nederland, heeft deelgenomen aan een organisatie, te weten een organisatie bestaande uit onder meer [medeverdachte1] en
/of[medeverdachte2] en
/of[medeverdachte3]
en/of [medeverdachte4] en/of [medeverdachte5] en/of [medeverdachte6]en
/of[medeverdachte7]
en/of [medeverdachte8] en/of [medeverdachte9]en
/of[medeverdachte10] en/of enige andere leden, welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, namelijk het (al dan niet in vereniging) plegen van vermogensdelicten, onder andere (winkel)diefstallen en/of (gewoonte)heling en/of (gewoonte)witwassen
;.
diefstal, door twee of meer verenigde personen, meermalen gepleegd.
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven.
- de verdachte is op 24 april 2014 in verzekering gesteld;
- op 22 maart 2016 is door de rechtbank vonnis gewezen;
- op 23 maart 2016 is namens de verdachte hoger beroep ingesteld tegen het vonnis;
- op 9 mei 2019 heeft bij het hof een regiebehandeling plaatsgevonden;
- de inhoudelijke behandeling in hoger beroep heeft plaatsgevonden op 15 juni 2021;
- het onderzoek ter terechtzitting is, na behandeling van alle overige zaken in het Tjonger-onderzoek, op 6 juli 2021 gesloten;
- dit arrest wordt gewezen op 20 juli 2021, ruim 5 jaren na het instellen van het hoger beroep.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
255 (tweehonderdvijfenvijftig) dagen.