ECLI:NL:GHDHA:2020:2696
Gerechtshof Den Haag
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake kinderalimentatie en partneralimentatie na echtscheiding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 25 november 2020 uitspraak gedaan in hoger beroep over de kinderalimentatie en partneralimentatie na de echtscheiding van partijen. De man, verzoeker in het principaal hoger beroep, was het niet eens met de door de rechtbank Rotterdam vastgestelde kinderalimentatie van € 496,- per maand, die met ingang van 26 maart 2019 zou ingaan. De vrouw, verzoekster in het incidenteel hoger beroep, vroeg het hof om de partneralimentatie te verhogen naar € 1.000,- per maand. Het hof oordeelde dat de man door de lange behandelingsduur van de procedure in eerste aanleg onevenredig benadeeld was en dat de kinderalimentatie niet eerder dan de datum van de beschikking van het hof kon ingaan. Het hof stelde de kinderalimentatie vast op € 205,- per maand, met ingang van 25 november 2020. De vrouw had onvoldoende onderbouwd dat zij recht had op een hogere partneralimentatie, en het hof oordeelde dat de man geen draagkracht had om partneralimentatie te betalen. De kosten van het geding in hoger beroep werden gecompenseerd, zodat elke partij zijn eigen kosten droeg.