ECLI:NL:GHDHA:2019:3354
Gerechtshof Den Haag
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Wijziging hoofdverblijfplaats en zorgregeling in een verhuiszaak met betrekking tot minderjarigen
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 11 december 2019 uitspraak gedaan in hoger beroep over de wijziging van de hoofdverblijfplaats van twee minderjarigen. De vader, verzoeker in hoger beroep, was het niet eens met de eerdere beschikking van de rechtbank Den Haag van 23 augustus 2018, waarin was bepaald dat de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen bij hem zou zijn. De moeder, verweerster in hoger beroep, had verzocht om de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen te wijzigen naar haar woonplaats, omdat zij nu fulltime beschikbaar was voor de zorg van de kinderen. De vader voerde aan dat er geen relevante wijziging van omstandigheden was, aangezien de moeder al eerder een verhuisverzoek had ingediend dat was afgewezen. Het hof heeft vastgesteld dat de moeder arbeidsongeschikt was en daardoor meer beschikbaar voor de kinderen, maar oordeelde dat deze wijziging niet relevant genoeg was om de hoofdverblijfplaats te wijzigen. Het hof heeft de bestreden beschikking vernietigd en het verzoek van de moeder om de hoofdverblijfplaats van de minderjarigen bij haar te bepalen afgewezen. De beslissing is genomen met inachtneming van het belang van de minderjarigen, die zich goed ontwikkelden in de huidige situatie bij de vader.