Uitspraak
1.Het verloop van het geding in eerste aanleg
2.Het geding in hoger beroep
3.De feiten
4.De omvang van het geschil
subsidiair: de scheiding en deling van de inboedel van partijen vast te stellen conform de afspraak zoals opgenomen in productie 63 van de man dan wel de scheiding en deling van de inboedel van partijen te gelasten conform de afspraak zoals opgenomen in productie 63 van de man.
5.De motivering van de beslissing
€ 1.066,-. Het hof gaat er gelet op de hoogte van de schulden in samenhang met de aflossing bezien vanuit dat bovengenoemde schulden binnen een looptijd van twee jaren door de man zullen zijn afgelost. Het inkomen van de man en zijn overige - door de rechtbank in aanmerking genomen - maandlasten staan in hoger beroep niet ter discussie, zodat het hof daarmee rekening houdt. Voorts houdt het hof rekening met de werkelijke woonlasten ad € 719,25 en de ziektekostenverzekering ad € 135,61. Aan de hand van bovengenoemde gegevens heeft het hof een draagkrachtberekening opgesteld waaruit volgt dat de man geen draagkracht heeft. Het hof zal op grond van het vorenstaande de bestreden beschikking van 11 december 2018 ten aanzien van de kinderalimentatie dan ook bekrachtigen.