Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.de rechtspersoon naar het recht van Cyprus VETERAN PETROLEUM LIMITED,
2.de rechtspersoon naar het recht van de Isle of Man YUKOS UNIVERSAL LIMITED,
3.de rechtspersoon naar het recht van Cyprus HULLEY ENTERPRISES LIMITED,
1.Het geding
2.Het verdere verloop van de procedure
unclean hands. De Russische Federatie verzet zich hiertegen, omdat zij van oordeel is dat HVY al in een eerder stadium op het
unclean handsargument heeft kunnen reageren.
unclean handsargument voor het eerst heeft aangevoerd ter onderbouwing van haar beroep op art. 1065 lid 1 sub e Rv (openbare orde). De Russische Federatie heeft voorts ter ondersteuning van dit argument, dat in de memorie van grieven niet aan de orde was gesteld, een grote hoeveelheid producties in het geding gebracht en haar betoog aanmerkelijk breder opgezet en beargumenteerd dan in eerste aanleg het geval was. Onder deze omstandigheden vereist de goede procesorde en het beginsel van hoor en wederhoor dat HVY bij akte niet alleen op deze producties maar ook op die stellingen mogen reageren en, voor zover dat binnen het kader van die reactie blijft, nieuwe producties in het geding mogen brengen. Van HVY kan in redelijkheid niet gevergd worden dat zij die reactie eerst bij pleidooi geven en dat zou het hof ook ongewenst vinden in aanmerking nemend de complexiteit van deze zaak en het karakter van een pleidooi. Daarbij komt dat een reactie die zich strikt zou beperken tot de overgelegde producties, gezien de omvang van die producties, de inzichtelijkheid van het debat voor het hof en voor de Russische Federatie niet ten goede zou komen, dit in tegenstelling tot een reactie die het commentaar op de producties plaatst binnen de context van een lopend betoog. Dit betekent ook dat HVY, doch uitsluitend in het kader van dat betoog en hun reactie op vernietigingsgrond VII.H en de hoofdstukken III.B, III.C, IV.C onder c van de memorie van antwoord, zullen mogen reageren op door de Russische Federatie in eerste aanleg overgelegde producties.
unclean hands-argument en de overige onderwerpen), waarbij telkens één onderwerp achtereenvolgens door beide partijen wordt bepleit. HVY stellen voor de pleidooien in juni 2019 te houden, terwijl de Russische Federatie voorstelt de tweede helft van september 2019.