Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Afdeling Civiel recht
1.Het verloop van het geding
2.Inleiding
- i) Op 15 april 2008 heeft [bedrijf X] (hierna: [bedrijf X]) [geïntimeerde] opdracht gegeven te bemiddelen bij de totstandkoming van een huurovereenkomst voor bedrijfsruimte ter vestiging van een hotel in Amsterdam.
- ii) Op 10 september 2008 is er door bemiddeling van [geïntimeerde] een huurovereenkomst tot stand gekomen voor een pand aan de [adres] te Amsterdam.
- iii) Bij brief van 24 september 2008 heeft de gemeente Amsterdam [bedrijf X] laten weten dat haar plannen voor de vestiging van een hotel in het gehuurde niet in overeenstemming waren met het hotelbeleid en het bestemmingsplan van de gemeente.
- iv) [bedrijf X] heeft het gehuurde uiteindelijk niet als hotel in gebruik genomen, maar als kantoorruimte onderverhuurd.
- v) Op 7 december 2010 is [bedrijf X] in staat van faillissement verklaard.
- vi) Op 8/14 juni 2011 heeft de curator in het faillissement van [bedrijf X] de hierna onder 2.3 genoemde vordering van [bedrijf X] op [geïntimeerde] gecedeerd aan [appellante].
onafhankelijk en op basis van de eigen professionele oordeelsvormingheeft verricht (rov. 2.5.2 en 2.6.3).