ECLI:NL:GHDHA:2018:2056
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Chr.Th.P.M. Zandhuis
- H.A.J. Kroon
- F.G.F. Peters
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep over WOZ-waarde woning en toepassing van het gelijkheidsbeginsel
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Den Haag over de WOZ-waarde van een woning. De belanghebbende, eigenaar van de woning, had deze kort voor de waardepeildatum gekocht voor € 710.000. De heffingsambtenaar van de gemeente Den Haag had de waarde van de woning vastgesteld op deze koopsom, maar de belanghebbende betwistte dit en stelde dat de waarde niet overeenkwam met de koopsom omdat hij de woning graag wilde hebben. De rechtbank oordeelde dat de waarde in de regel overeenkomt met de betaalde prijs, tenzij de belanghebbende feiten of omstandigheden kan aanvoeren die dit tegenspreken. De rechtbank verwierp het beroep van de belanghebbende, omdat deze geen bewijs had geleverd dat de koopsom niet marktconform was. In hoger beroep bevestigde het Gerechtshof de uitspraak van de rechtbank en oordeelde dat de heffingsambtenaar zijn bewijslast had voldaan. Het Hof concludeerde dat de waarde van de woning gelijk was aan de koopsom en dat er geen schending van het gelijkheidsbeginsel was, omdat de vergelijkingsobjecten niet identiek waren aan de woning van de belanghebbende. De uitspraak van de rechtbank werd bevestigd, en het hoger beroep werd ongegrond verklaard.