Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest van 3 juli 2018
LOYENS & LOEFF N.V.,
2. PHASE TWO HOLDING B.V.,
3. ROBELL B.V.
4. BUSINESS HOLDING B.V.
Het geding
Beoordeling in hoger beroep
- tegen de uitleg door de rechtbank van de overeenkomst (grieven I tot en met III);
- tegen het oordeel van de rechtbank dat Loyens & Loeff niet aan haar informatieplicht jegens Novisource c.s. heeft voldaan (grief IV);
- tegen de overweging dat een eventuele verkeerde inschatting van de te verrichten werkzaamheden voor rekening van Loyens & Loeff moet blijven (grief V);
- tegen het oordeel van de rechtbank dat er geen grondslag is voor hoofdelijke veroordeling van Novisource c.s. (grief VI).
feitelijkniet tegen Administratiekantoor Novisource kan worden voortgezet, temeer niet nu Loyens & Loeff - en overigens ook Novisource c.s. - Administratiekantoor Novisource na 23 december 2016 nog steeds als procespartij in haar processtukken heeft genoemd.
het stadium van de deal en de ervaring van de daarbij betrokken personen mensen die hem willen gaan sluiten”). Ook gingen partijen er destijds van uit dat de beoogde transactie vóór de kerst van 2013 zou plaatsvinden. Dit uitgangspunt is ook opgenomen in de tekst van de overeenkomst. In paragraaf 7 daarvan staat:
“Wij zijn overeengekomen inzake project Xmas niet meer in rekening te zullen brengen dan EUR 60.000, exclusief BTW en kantoorkosten”en vervolgens, in paragraaf 8: “
Die hierboven genoemde fees zijn gebaseerd op de in paragrafen 2 en 3 weergegeven omschrijving van onze werkzaamheden en voorts op de navolgende veronderstellingen: (…)”.Verondersteld is onder meer: “
afronding van onze werkzaamheden, met uitzondering van (…), uiterlijk op 20 december 2013, op welke uiterlijke datum alle transactiedocumentatie in “agreed form” verkeert”.De uiteindelijk overeengekomen cap is dus uitdrukkelijk gerelateerd aan onder meer de veronderstelling dat de opdracht op 20 december 2013 (nagenoeg) zou zijn afgerond en aan de opsomming van werkzaamheden in paragraaf 2 van de overeenkomst.
ontbindendevoorwaarde, met het door Loyens & Loeff gestelde gevolg dat, als de tijdsbegrenzing van 20 december 2013 werd overschreden, daarmee de cap niet langer gold, ook als de voordien verrichte werkzaamheden binnen de opgenomen omschrijving zouden blijven.
allewerkzaamheden ten behoeve van de reverse listing onder de cap zouden vallen, zoals Novisource c.s. betoogt. Novisource c.s. heeft ook niet gesteld dat (en waarom) zij de veronderstellingen in de overeenkomst anders heeft begrepen.
alledoor Loyens & Loeff te verrichten activiteiten onder de cap zouden vallen en Loyens & Loeff heeft verzocht om dit op te nemen in de opdrachtbevestiging, doet aan de uitleg onder 4.6 niet af. Loyens & Loeff heeft immers niet aan het verzoek voldaan; zij heeft een opdrachtbevestiging opgesteld met een limitatieve opsomming van werkzaamheden en de daarvoor verschuldigde maximum prijs gerelateerd aan de veronderstellingen.
“pro rata uw respectieve deelnemingen in het kapitaal van Novisource”zal worden gedeclareerd, doet hier, anders dan de rechtbank heeft geoordeeld, niet aan af. Loyens & Loeff heeft ter comparitie in eerste aanleg immers verklaard dat het voor Novisource c.s. duidelijk was dat zij zich hoofdelijk heeft verbonden voor de vorderingen van Loyens & Loeff en Novisource c.s. heeft dat niet (gemotiveerd) bestreden.
ten aanzien van de periode van 18 november tot en met 20 december 2013:
€ 60.000,-verschuldigd, te vermeerderen met kantoorkosten.
ten aanzien van de periode na 20 december 2013:
het passeren door de notaris van de betreffende notariële aktes, de verwerking van de resultaten daarvan in de relevante aandeelhoudersregisters en het verzorgen van de benodigde registraties bij het Handelsregister van de Kamer van Koophandel en de eventuele meldingen inzake de Wft”- deze werkzaamheden vallen blijkens paragraaf 8 van de overeenkomst onder de cap van € 60.000,-, ook voor zover zij na 20 december 2013 zijn verricht, en
“het opstellen van een recht-toe-recht-aan Nederlandstalige pandakte”- blijkens de e-mail van 20 december 2013 heeft Loyens & Loeff toegezegd daarvoor geen enkel uur in rekening te brengen.
€ 75.472,45is verschuldigd (€ 115.534,90 minus € 40.062,45).