Uitspraak
PROMIS
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
eenmes in de hals, de [familienaam 2]kas, het hoofd en gezicht, de armen en handen gestoken, ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 1] is overleden;
op8 februari 2014 te Bilthoven opzettelijk een persoon genaamd [slachtoffer 2] van het leven heeft beroofd, immers heeft verdachte opzettelijk die [slachtoffer 2] meermalen, met
eenmes in de hals, in het hoofd en/of gezicht en in de handen gestoken, ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer 2] is overleden.
doodslag, meermalen gepleegd.
verminderdzijn aan te rekenen, zal dit bij de stafoplegging als strafverminderende omstandigheid gelden.
Gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geestvermogens
Causaal verband
Begrip van wederrechtelijkheid
Beperking van handelen door stoornis
doch niet volledig, werd bepaald door zijn ziekelijke stoornis. Op basis van de beschikbare informatie gaat het hof ervan uit dat de verdachte ten tijde van de feiten in enige mate in staat was een afweging te maken en dat hij voldoende in staat was om in overeenstemming met zijn begrip van de wederrechtelijkheid van de feiten – ‘gij zult niet doden’ - te handelen. Gelet hierop kan van ontoerekeningsvatbaarheid geen sprake zijn.
sterk verminderd toerekeningsvatbaarmoet worden aangemerkt. Het hof neemt die conclusie over.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
8 (acht) jaren.
ter beschikking wordt gestelden beveelt dat hij van overheidswege zal worden verpleegd.
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
teruggaveaan de verdachte van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
teruggaveaan rechthebbende van de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
Vordering van de benadeelde partij [nabestaande 1]
ter zake van materiële schadevan het in de zaak met parketnummer 10-660017-15 bewezen verklaarde tot het bedrag van
€ 10.474,07
€ 10.474,07 (tienduizend vierhonderdvierenzeventig euro en zeven cent) als vergoeding voor materiële schade, bij gebreke van betaling en verhaal te vervangen door
1 (één) dag hechtenis, met dien verstande dat de toepassing van die hechtenis de verplichting tot schadevergoeding aan de Staat ten behoeve van het slachtoffer niet opheft.