Uitspraak
Gerechtshof Den Haag
Arrest
[verdachte],
undercoverstelselmatig inwinnen van informatie onderscheidt zich van de politiële infiltratie doordat niet actief wordt deelgenomen of meegewerkt aan een groep van personen waarbinnen misdrijven worden gepleegd. De informant is dan ook niet gerechtigd om deel te nemen aan het begaan of beramen van misdrijven. Het onderscheid met stelselmatige observatie is daarin gelegen dat de informant, anders dan de observant, actief binnendringt in de omgeving van de verdachte en actief tracht informatie te verkrijgen teneinde daardoor een min of meer volledig beeld van bepaalde aspecten van het leven van de verdachte te verkrijgen. De informant mag bewust en actief verder gaan dan waarnemen of luisteren. Handelingen zoals in casu die strekken tot het onderzoeken of voorbereiden van de mogelijkheid om tot een pseudo-koop of pseudo-dienstverlening te komen, zonder dat er sprake is van het maken van concrete afspraken die strekken tot aflevering van goederen, kunnen naar het oordeel van het hof worden gedekt door het bevel stelselmatige informatie-inwinning. Het hof is mitsdien van oordeel dat het handelen van informant Sam binnen de reikwijdte valt van de opsporingsbevoegdheid van stelselmatige informatie inwinning en binnen het bereik van het daartoe afgegeven bevel door de officier van justitie.
had started acting upon his latent criminal intent before the investigation’ alleen dan een relevant element als niet kan worden vastgesteld dat er voorafgaand aan de undercoveroperatie een (objectieve) verdenking bestond dat een persoon betrokken is geweest in strafbare activiteiten of een predispositie had om soortgelijke strafbare feiten te plegen (vgl. r.o. 56 Ramanauskas v. Lithuania, EHRM 5 februari 2008, nr. 74420/01).
of omstreeks15 mei 2014 te Delft en/of te Rotterdam en/of te Den Haag en/of te Scheveningen,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen,
althans alleen,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,te plegen misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten
(een
)diefstal
(in vereniging
)voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld en/of een afpersing
(in vereniging
), opzettelijk
, althans één of meerdere,vuurwapen
(s
) en/of
een telefoon bevattende aantekeningen met betrekking tot het adres waar dat misdrijf begaan zou moeten worden en/of
of omstreeks15 mei 2014 te Delft en/of te Rotterdam en/of te Den Haag en/of te Scheveningen,
in elk geval in Nederland,tezamen en in vereniging met
een of meeranderen
, althans alleen, een of meerwapen
(s
)van categorie III, te weten
van het merk Pachmayermet serienummer JB70040 en
/of
/of
gaspistool zonder houder
met een omgebouwde loop naar hetkaliber 6.35 mm,
/of
/of
/of
/of
/of
€ 750,- zoals vermeld onder nummer 9 op de in kopie aan dit arrest gehechte lijst van inbeslaggenomen voorwerpen zal het hof de teruggave gelasten aan de verdachte.
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
30 (dertig) maanden;
10 (tien) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd van
2 (twee) jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt of de verdachte gedurende de proeftijd van 2 (twee) jaren of ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit geen medewerking heeft verleend aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of geen identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage heeft aangeboden of geen medewerking heeft verleend aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14d, tweede lid, van het Wetboek van Strafrecht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen, dan wel de hierna te noemen bijzondere voorwaarde(n) niet heeft nageleefd;
onttrekking aan het verkeervan de in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten:
teruggaveaan de verdachte van het in beslag genomen, nog niet teruggegeven voorwerp, te weten: