ECLI:NL:GHDHA:2016:595
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- A.A. Schuering
- H.M.A. de Groot
- R.C. Schlingemann
- Rechtspraak.nl
Bevestiging vonnis van de politierechter in hoger beroep inzake wederrechtelijke toe-eigening van een fiets
In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 8 februari 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte, geboren in 1978, was ten tijde van de behandeling ter terechtzitting in hoger beroep gedetineerd. De verdachte was eerder veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie weken voor de wederrechtelijke toe-eigening van een fiets, die op 12 augustus 2015 te Gouda was weggenomen. De politierechter had ook de tenuitvoerlegging gelast van een voorwaardelijke gevangenisstraf van één week, opgelegd bij een eerder vonnis van 27 augustus 2013.
Tijdens de behandeling in hoger beroep heeft het hof kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal, die bevestiging van het vonnis heeft gevorderd. Het hof heeft het vonnis van de politierechter bevestigd, met inachtneming van de eerder gemaakte overwegingen. De verdediging voerde aan dat de fiets niet in een fietsenrek stond en dat deze mogelijk door een ander was verplaatst, maar het hof verwierp dit verweer. Het hof oordeelde dat de plaatsing van de lokfiets voldeed aan de criteria die door de Hoge Raad zijn vastgesteld, en dat er geen sprake was van ontoelaatbare uitlokking.
Het hof heeft het vonnis van de politierechter onder aanvulling van gronden bevestigd, en het arrest is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 8 februari 2016. Mr. R.C. Schlingemann was buiten staat om het arrest te ondertekenen.