Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest d.d. 31 mei 2016
[appellant] ,
ERASMUS UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM,
ERASMUS MC HOLDING B.V,,
Het verloop van het geding
Pleitnota in
Appel van Harbour c.s./Erasmus c.s). Met het oog op het pleidooi hebben partijen nog stukken gestuurd aan de wederpartij en het hof, te weten
De beoordeling van het hoger beroep
'Shareholders Agreement'gesloten (hierna: de SA), waarbij ook Harbour partij is. In artikel 8 SA
('Voting Rights')is het volgende bepaald:
'for so long as the Transgenic Mice are in existence and have the potential to generate income through sub-licensing activities for HARBOUR as demonstrated by the payment of the annual technology accessfee to ERASMUS MC and [appellant] . ( ...)'(artikel 9.1 ). Ingevolge de L-OK betaalt Harbour aan [appellant] en Erasmus MC een jaarlijkse vergoeding van € 100.000,-, waarvan € 60.000,- toekomt aan Erasmus MC en € 40.000,- aan [appellant] (artikel 5.1).
Definitions
of the outstanding share capita! in HARBOUR or (ii) any other event pursuant to which a third party obtains the right to steer the direction, management or policies of HARBOUR.
Grant and Licence-back / Technical Assistance
Commercialization
Term and Termination
wordt overwogen). De Ondernemingskamer zal daarom zodanige onmiddellijke voorzieningen treffen dat [bestuurder 1] naar eigen goeddunken zal kunnen onderhandelen en (onder het genoemde voorbehoud) besluiten omtrent, onder meer, de persoon of personen van de te interesseren derde(n)/investeerder(s), omtrent de omvang, wijze en overige voorwaarden van de investering en/of kapitaalinjectie en omtrent het tijdstip en de uitvoering daarvan. Ter terechtzitting hebben alle (verschenen) partijen verklaard zich in deze oplossing te kunnen vinden. Zowel Erasmus Holding als [appellant] hebben toegezegd in dat geval geen beroep op hun feitelijke vetorecht te zullen doen en bereid te zijn hun belangen in Harbour, mits op evenredige wijze voor alle aandeelhouders, te doen verwateren. ( ...)
De Ondernemingskamer acht het in het licht van hetgeen hiervoor is overwogen geboden zodanige verdere onmiddellijke voorzieningen te treffen dat vooralsnog noch Erasmus Holding ( ...), noch [appellant] een-
de facto-
veto zal hebben in de algemene vergadering van aandeelhouders van Harbour. De Ondernemingskamer zal dan ook, voor zoveel nodig in afwijking van de statuten, bepalen dat met ingang van heden steeds alle, minus één, door Erasmus Holding, ( ...) en [appellant] gehouden aandelen Harbour ten titel van beheer zijn overgedragen aan een daartoe door de Ondernemingskamer te benoemen beheerder, zodat ook op het niveau van de aandeelhoudersvergadering besluitvorming kan plaatsvinden zonder (beslissende) invloed van een der partijen.'
venture capitalzou worden aangetrokken - inmiddels is Atlas Venture Capital toegetreden als investeerder, met verkrijging van 25% van de aandelen - en dat Harbour zou worden gesplitst in twee nieuwe dochtervennootschappen (H2L2 en HCAB, de geïntimeerden 2 en 3) aan wie sublicenties onder de octrooiportefeuille zouden worden verleend (blz. 22 van dat plan).
venture capita!mede (naast licentiëring) in de financieringsbehoefte van Harbour te voorzien (blz. 19), terwijl in het Business Plan 2010 Harbour werd gezien als een virtueel bedrijf
'funding its activities primarily through licensing whilst positioning itself for an exit by sale or merger'(blz. 18);
'resulting in one holding entity (...) and two newly incorporated operational subsidiairies'(blz. 22), en daarvan in het Business Plan 2010 nog geen sprake was; dit plan voorzag slechts in één vennootschap (vgl. punt 34 van [appellant] PA).
'the latest version of the Business Plan that is approved by theshareholdersmeeting of HARBOURprevails ( ...)'(onderstreping door het hof). In punt 7 PA heeft [appellant] bevestigd dat wijzing van het businessplan niet afhankelijk was gemaakt van goedkeuring door de octrooihouders en dat daarvoor het vereiste van goedkeuring door de aandeelhouders gold. Ook hierop loopt de in de stappen (c) en (d) van zijn redenering vervatte stellingname van [appellant] stuk.
venture capita!aan te trekken en dat, voor zover al juist zou zijn dat Harbour in strijd met de L-OK [appellant] niet zou hebben ingelicht, een dergelijke tekortkoming vanwege haar geringe betekenis de ontbinding van de overeenkomst niet rechtvaardigt. Tegen dit oordeel is [appellant] opgekomen met zijn grief 7. In hoger beroep beklaagt hij zich erover dat hij niet geïnformeerd was over de oprichting van Harbour Subholding, en ook niet over de licentiestructuur, waarbij door Harbour een sublicentie werd verleend aan Harbour Subholding en door deze sub-sub-licenties aan H2L2 en HCAB, waardoor deze op hun beurt sub-sub-sub-licenties aan derden konden verstrekken en hebben verstrekt (MvG onder 9.4-9.8 en 10.5).
'forthwith upon execution thereofwas geïnformeerd over de sublicentie die - naar [appellant] onweersproken heeft gesteld (punt 9.4 MvG) - door Harbour kort na die oprichting aan Harbour Subholding is verleend. Dit vormen tekortkomingen in de nakoming van de informatieverplichtingen van de artikelen 4.2 (iii) en 6.1 L-OK.
change of contra/als gedefinieerd in artikel 1.1. L-OK;
change of controleen onvoorziene omstandigheid van zodanige aard dat de wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde instandhouding van de L-OK niet mag verwachten;
change of controlniet als grond voor opzegging is opgenomen, is een lacune in die overeenkomst; daarin had een regeling voor
change of controlmoeten worden opgenomen (Wijzigingsakte onder 44; PV C blz. 4).
change of controlwel als opzeggingsgrond bevat;
change of controlals beëindigingsgrond en dat derhalve geen sprake is van een onvoorziene omstandigheid. Hiertegen is [appellant] opgekomen met zijn grief 9, onder overlegging van onder meer de hierop betrekking hebbende nieuwe producties 87 t/m 89. In hoger beroep hebben H-E zich achter voormeld oordeel van de rechtbank geschaard (punt 72 MvA-H; punt 5.84 MvA-E).
( ..) if a substantial change would occur in the direct or indirect control over HARBOUR or its share capita! ( ...) ERASMUS MC and CRAJG shall be at liberty either to terminate this Agreement (...) or (...).'
change of control.Vervolgens is op verzoek van Erasmus MC een nieuw concept opgesteld. Daarin was
change of controlals opzeggingsgrond uitgesloten. In artikel 10.10 van de
'new draft'van 8 april 2010 (productie 88.2) was namelijk het volgende bepaald:
change of controlals beëindigingsgrond' van concept-artikel 10.10 niet opgenomen.
change of controlwel een opzeggingsgrond is, als een bepaling (het in rov. 5.4 genoemde artikel 10.10) waarin uitdrukkelijk was bepaald dat
change of controlgeen opzeggingsgrond is, niet in de uiteindelijke versie van de L-OK zijn terechtgekomen. Dit betekent volgens hem dat niet kan worden geconcludeerd dat
change of controlin de overeenkomst is verdisconteerd.
change of controlals beëindigingsgrond bevatte. Deze insteek is verlaten, hetgeen ook hieruit blijkt dat [appellant] niet het standpunt heeft betrokken dat de L-OK zo moet worden uitgelegd dat daarin
change of controlals beëindigingsgrond is opgenomen. Hij heeft steeds benadrukt dat de L OK juist niet bepaalt dat
change of controleen beëindigingsgrond is en heeft daarom zijn toevlucht gezocht in artikel 6:258 BW. Vervolgens is tijdens de onderhandelingen de insteek geworden dat in de L-OK
change of controlniet als beëindigingsgrond gold. Weliswaar is de bepaling waarin dit was geëxpliciteerd, artikel 10.10, in de periode daarna geschrapt, maar dit enkele feit is - anders dan [appellant] kennelijk meent - van onvoldoende gewicht om de gevolgtrekking te kunnen dragen dat ook deze tweede insteek is verlaten. In dat ai1ikel is namelijk aangegeven dat het alleen is bedoeld
'(f)or the avoidance of doubt'en het is geenszins ondenkbaar dat uiteindelijk van het opnemen van dat artikel is afgezien omdat het overbodig werd geacht. Hierbij is in aanmerking genomen dat het in zijn algemeenheid voor de hand ligt om in een overeenkomst de beëindigingsgronden op te sommen, en niet om daarin ook op te nemen wat allemaal geen grond voor beëindiging vormt.
change of controlin de L-OK geen regeling was getroffen, nog niet is bewezen, terwijl door [appellant] daarvoor ook geen gespecificeerd bewijsaanbod is gedaan. Die stelling is dus onbewezen gebleven.
'Danisco').
'LMRAdvocaten/LR Advocaten'dient ambtshalve te worden beoordeeld of artikel 1019h Rv toepassing kan vinden. Dat, zoals H-E aanvoeren, alle partijen in dit geding, waaronder [appellant] , eenstemmig toepassing van artikel 1019h Rv hebben verlangd en dat [appellant] (dus) niet het verweer heeft gevoerd dat dit artikel toepasselijkheid mist, is in het licht van die vereiste ambtshalve toetsing niet relevant. Nu Erasmus c.s. aan hun stelling in punt 6.3 MvA-E, dat partijen ten aanzien van de proceskosten een afwijkende overeenkomst zijn aangegaan, geen andere feiten ten grondslag hebben gelegd dan voormelde eenstemmigheid, die op zichzelf beschouwd nog geen overeenkomst oplevert, wordt die stelling als onvoldoende onderbouwd gepasseerd.