ECLI:NL:GHDHA:2016:3193

Gerechtshof Den Haag

Datum uitspraak
30 september 2016
Publicatiedatum
25 oktober 2016
Zaaknummer
22-000477-16
Instantie
Gerechtshof Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Nietigheid van de dagvaarding in hoger beroep wegens gebrekkige betekening

In deze zaak heeft het Gerechtshof Den Haag op 30 september 2016 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag. De verdachte, geboren in Vietnam en thans zonder vaste woon- of verblijfplaats, was in eerste aanleg vrijgesproken van het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde. Voor het onder 1 subsidiair ten laste gelegde was hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van twee weken, met aftrek van voorarrest. De benadeelde partij, Stedin Netbeheer BV, was niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot schadevergoeding. De verdachte heeft hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis.

Tijdens de behandeling van de zaak in hoger beroep heeft het hof vastgesteld dat de dagvaarding voor de terechtzitting in hoger beroep niet op de juiste wijze aan de verdachte was betekend. Uit de informatiestaat bleek dat er geen BRP-adres beschikbaar was voor de verdachte en dat hij niet gedetineerd was. De verdachte had tijdens een politieverhoor verklaard in Tsjechië te wonen, maar er was verzuimd om de dagvaarding op het juiste adres uit te reiken. Hierdoor was de dagvaarding nietig, omdat de verdachte niet ter terechtzitting in hoger beroep was verschenen.

Het hof heeft op basis van deze bevindingen de dagvaarding in hoger beroep nietig verklaard. Dit arrest is gewezen door een meervoudige kamer voor strafzaken en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 30 september 2016. De rechters H.J. van Kooten, C.J. van der Wilt en G.P.A. Aler waren betrokken bij deze uitspraak, waarbij mr. C.J. van der Wilt en mr. G.P.A. Aler buiten staat waren om het arrest mede te ondertekenen.

Uitspraak

Rolnummer: 22-000477-16
Parketnummer: 09-039381-15
Datum uitspraak: 30 september 2016
TEGENSPRAAK

Gerechtshof Den Haag

meervoudige kamer voor strafzaken

Arrest

gewezen op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Den Haag van 29 januari 2016 in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren op [geboortejaar] 1971 te [geboorteplaats] (Vietnam),
thans zonder vaste woon- of verblijfplaats hier te lande.
Procesgang
In eerste aanleg is de verdachte van het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde vrijgesproken. De verdachte is ter zake van het onder 1 subsidiair ten laste gelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van twee weken, met aftrek van voorarrest. Voorts is de benadeelde partij, Stedin Netbeheer BV, is niet-ontvankelijk verklaard in de vordering tot schadevergoeding.
Namens de verdachte is tegen het vonnis hoger beroep ingesteld.
Onderzoek van de zaak
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg en het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van dit hof van 30 september 2016.
Het hof heeft kennisgenomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen namens de verdachte naar voren is gebracht.
Geldigheid van de dagvaarding in hoger beroep
Uit de informatiestaat SKDB-persoon d.d. 8 augustus 2016 is naar voren gekomen dat van de verdachte geen BRP-adres beschikbaar is en dat hij niet is gedetineerd. Blijkens het proces-verbaal van verhoor verdachte d.d. 25 februari 2015 heeft de verdachte tijdens het politieverhoor verklaard dat hij in Tsjechië woont op het adres [adres]. Uit het voorhanden zijnde procesdossier volgt dat is verzuimd om op laatstgenoemde adres van de verdachte een dagvaarding uit te reiken, zoals bedoeld in artikel 588, tweede lid, van het Wetboek van Strafvordering.
De dagvaarding van de verdachte om ter terechtzitting in hoger beroep van 30 september 2016 te verschijnen is derhalve niet op de bij de wet voorgeschreven wijze aan de verdachte betekend en dient op grond daarvan, nu de verdachte niet ter terechtzitting in hoger beroep is verschenen, nietig te worden verklaard.
BESLISSING
Het hof:

Verklaart de dagvaarding in hoger beroep nietig.

Dit arrest is gewezen door mr. H.J. van Kooten,
mr. C.J. van der Wilt en mr. G.P.A. Aler, in bijzijn van de griffier mr. S. Imami.
Het is uitgesproken op de openbare terechtzitting van het hof van 30 september 2016.
Mr. C.J. van der Wilt en mr. G.P.A. Aler zijn buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.