Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
Arrest in kort geding van 29 december 2015 (bij vervroeging)
[appellant]
STICHTING VESTIA,
Het geding
Beoordeling van het hoger beroep
Het feit dat [appellant] persoonlijk huurbetalingen deed, maakt niet dat [appellant] zich jegens Vestia heeft verbonden om huurpenningen te betalen, noch dat Vestia zich verbonden heeft om de bedrijfsruimte niet meer aan [A] maar aan [appellant] in gebruik te verstrekken. [appellant] kon immers voor [A] betalen (artikel 6:30, eerste lid, BW). Uit niets is gebleken dat [appellant] aan Vestia kenbaar heeft gemaakt dat hij de huurpenningen ten behoeve van zijn eigen eenmanszaak “Cafetaria/Grillroom Mevla” betaalde.
Aangaande ‘goed ondernemer’ is niets naar voren gebracht.