ECLI:NL:GHDHA:2015:1747
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Kennelijk onredelijk ontslag na langdurige ziekte en dienstverband
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [werknemer] tegen The Greenery B.V. inzake de kennelijk onredelijke ontslag. [werknemer] was sinds 14 december 1970 in dienst bij The Greenery en had een arbeidsovereenkomst van 25 uur per week. Door gezondheidsklachten was hij sinds 1980 WAO-gerechtigd en meldde hij zich op 9 september 2008 ziek. The Greenery liet hem op 19 november 2008 weten dat zijn werkzaamheden niet langer beschikbaar waren. Na onderhandelingen over een vertrekregeling, die niet tot stand kwamen, vroeg The Greenery op 14 december 2010 toestemming aan het UWV om de arbeidsovereenkomst op te zeggen, welke toestemming op 4 juli 2011 werd verleend. [werknemer] vorderde in eerste aanleg een ontslagvergoeding, maar de kantonrechter wees deze vorderingen af. In hoger beroep vorderde [werknemer] vernietiging van het vonnis en een schadevergoeding. Het hof oordeelde dat de (toegenomen) arbeidsongeschiktheid van [werknemer] aan het ontslag ten grondslag lag en niet bedrijfseconomische redenen. Het hof concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die het ontslag kennelijk onredelijk maakten. Het hof bekrachtigde het vonnis van de kantonrechter en veroordeelde [werknemer] in de kosten van het hoger beroep.