Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
1.De verdere loop van het geding
2.Beoordeling van het hoger beroep
"meestal alleen en soms met een collega"doch er geen verklaring voor geeft dat niet hij doch […] en […] als monteurs op de werkbon staan vermeld.
Gerechtshof Den Haag
In deze zaak, die voor het Gerechtshof Den Haag diende, gaat het om een hoger beroep van een appartementseigenaar, aangeduid als [appellante], tegen de Vereniging van Eigenaren (VVE). De VVE had de appellante in eerste instantie veroordeeld tot betaling van € 1.280,33 wegens achterstallige verenigingsbijdragen. De appellante voerde als verweer aan dat dit bedrag verrekend was met een betaling aan KR Liftenservice B.V. voor werkzaamheden aan de lift in het gebouw van de VVE. De rechtbank had in een eerder vonnis geoordeeld dat de appellante niet in het haar opgedragen bewijs was geslaagd, en had de vordering van de VVE toegewezen en die van de appellante afgewezen.
Tijdens het hoger beroep heeft de appellante grieven ingediend, onder andere dat zij wel degelijk bewijs had geleverd van de betaling aan KR Liftenservice. Het hof heeft de feiten vastgesteld zoals die door de rechtbank waren vastgesteld en heeft de grieven van de appellante beoordeeld. Het hof oordeelde dat de appellante niet voldoende bewijs had geleverd voor haar stelling dat zij de betaling had gedaan. De verklaringen van de getuigen waren niet eenduidig en de bewijsstukken waren onvoldoende om de vordering van de appellante te onderbouwen.
Uiteindelijk heeft het hof de vonnissen van de rechtbank bekrachtigd en de appellante veroordeeld in de kosten van het hoger beroep. Dit arrest is uitgesproken op 14 april 2015.