1.6.In eerste aanleg hebben [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] gevorderd - samengevat - [de v.o.f.] c.s. en Nieuwkoop Paprika's hoofdelijk te veroordelen aan hen te betalen (i) het loon c.a. totdat de betreffende arbeidsovereenkomst rechtgeldig is geëindigd, (ii) de wettelijke verhoging over de achterstallige loontermijnen, (iii) buitengerechtelijke incassokosten en (iv) de proceskosten. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen toegewezen met uitzondering van de buitengerechtelijke incassokosten, en de wettelijke verhoging gesteld op 10%.
2. In hoger beroep vordert [de v.o.f.] c.s. vernietiging van het bestreden vonnis en alsnog [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] niet ontvankelijk te verklaren, althans hun vorderingen af te wijzen, hen te veroordelen terug te betalen aan [de v.o.f.] c.s. hetgeen zij ter uitvoering van het bestreden vonnis aan hen heeft betaald, met veroordeling van [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] in de kosten van de beide instanties.
3. [de v.o.f.] c.s. heeft acht grieven aangevoerd. Het hof zal eerst grief 7 behandelen. Deze grief richt zich tegen de hoofdelijke veroordeling van [de v.o.f.] c.s.. Volgens [de v.o.f.] c.s. is daarvoor geen grond indien er sprake is van een overgang van onderneming. In dat geval is [de v.o.f.] c.s. slechts (hoofdelijk) aansprakelijk voor loon c.a. tot aan de datum van de overgang, maar daarna niet meer. Van een vordering met die strekking is geen sprake, aldus nog steeds [de v.o.f.] c.s..
4. Deze grief slaagt. [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] hebben geen andere grondslag voor de hoofdelijkheid gesteld dan overgang van onderneming. De aansprakelijkheid van [de v.o.f.] c.s. is dan beperkt als door haar verdedigd, namelijk tot de datum van (de gestelde) overgang van onderneming (art. 7:663, tweede volzin BW). Dat [de v.o.f.] c.s. in dat opzicht niet aan haar verplichtingen jegens hen heeft voldaan, is gesteld noch gebleken. Voor zover geen sprake was van een overgang van onderneming is de aansprakelijkheid van [de v.o.f.] c.s. onvoldoende onderbouwd, nu in dat geval de arbeidsovereenkomsten rechtsgeldig door [de v.o.f.] c.s. zijn opgezegd tegen 29 december 2013 wegens bedrijfsbeëindiging. Uit het voorgaande volgt dat het hoger beroep slaagt. De overige grieven behoeven bij gebrek aan belang geen verdere bespreking.
5. Het bestreden vonnis zal worden vernietigd voor zover [de v.o.f.] c.s. daarbij is veroordeeld. [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] zullen als de in het ongelijk gestelde partijen worden veroordeeld in de proceskosten van beide instanties. De kosten van [de v.o.f.] c.s. in eerste instantie zullen op de helft worden bepaald van hetgeen op grond van het liquidatietarief wordt berekend, nu deze gemachtigde ook optrad voor de destijds andere gedaagde, Nieuwkoop Paprika’s BV, die geen partij is in onderhavig geding. De gevorderde terugbetaling van al hetgeen [de v.o.f.] c.s. ter uitvoering van het bestreden vonnis heeft betaald, zal worden afgewezen nu gesteld noch gebleken is dat [de v.o.f.] c.s. iets met die strekking aan [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] heeft betaald. De proceskostenveroordeling zal uitvoerbaar bij voorraad worden verklaard zoals gevorderd.
- vernietigt het tussen partijen gewezen vonnis van de rechtbank Den Haag, Team Kanton Den Haag van 10 maart 2014 voor zover gewezen tussen partijen,
- wijst de vorderingen van [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] voor zover gericht tegen
- veroordeelt [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] in de kosten van het geding in eerste aanleg, aan de zijde van [de v.o.f.] c.s. tot op 10 maart 2014 begroot op € 109,50 aan griffierecht en
- veroordeelt [geïntimeerde 1] en [geïntimeerde 2] in de kosten van het geding in hoger beroep, aan de zijde van [de v.o.f.] c.s. tot op heden begroot op € 77,52 aan explootkosten, € 704,-- aan griffierecht en € 1.788,-- aan salaris advocaat;
- verklaart dit arrest met betrekking tot de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit arrest is gewezen door mrs. R.S. van Coevorden, V. Disselkoen en C.J. Frikkee en is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 12 mei 2015 in aanwezigheid van de griffier.