Uitspraak
GERECHTSHOF DEN HAAG
verweerster in het incident,
eiseres in het incident,
1.Het verloop van het geding in hoger beroep
2.Beoordeling in het incident
dat de procedure in hoger beroepinhoudelijk
een volstrekt nieuwe procedure wordt. Immers de eisen en (juridische) gronden van [appellante] in eerste aanleg (...) zijn inmiddels door haar verlaten terwijl zij nu in hoger beroep volstrekt nieuwe/gewijzigde eisen heeft ingesteld (...)”Daardoor, zo stelt zij, wordt zij bemoeilijkt in haar verdediging mede omdat over deze nieuwe geschilpunten (nog maar) in één feitelijke instantie kan worden geprocedeerd.
Voor wat betreft de subsidiaire vordering tot betaling van een bedrag uit hoofde van de pensioenovereenkomst geldt bovendien dat deze vordering nauw samenhangt met de gevorderde vergoeding wegens de kennelijke onredelijkheid van het ontslag, terwijl deze pensioenovereenkomst – naar het hof voorshands aanneemt – onderdeel uitmaakt van de arbeidsrelatie tussen [appellante] en PDS BV die ook in het geding voor de kantonrechter centraal stond.
Ten aanzien van de gevorderde verklaring voor recht dat de “bad leaver-regeling” geen toepassing behoort te vinden geldt het volgende. In het geding in eerste instantie is de positie van [appellante] als aandeelhouder al aan de orde gesteld, mede in het kader van het debat over de vraag of [appellante] nu wel of niet als statutair-directeur van PDS BV viel aan te merken. Tegen die achtergrond is niet vol te houden dat een vordering die leidt tot een beoordeling van de al of niet verwijtbaarheid (aan [appellante]) van de beëindiging van de arbeidsrelatie met PDS BV, in verband met de daaraan te verbinden consequenties bij de gedwongen verkoop van de door [appellante] gehouden aandelen, niet past in deze procedure en leidt tot strijd met de goede procesorde.
Slotsom
In lijn met het petitum zoals dat is geformuleerd bij memorie van grieven zal het hof de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaren.
3.Beslissing
- wijst de incidentele vorderingen af;
- veroordeelt PDS BV in de kosten in het incident, aan de zijde van [appellante] begroot op € 894,-;
- verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.