ECLI:NL:GHDHA:2013:CA1269
Gerechtshof Den Haag
- Hoger beroep kort geding
- Rechtspraak.nl
Inzage in voicelog en gespreksopnamen in kort geding
In deze zaak, die voorligt bij het Gerechtshof Den Haag, zijn appellanten [appellant sub 1] en Newice B.V. in hoger beroep gekomen van een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank 's-Gravenhage. Dit vonnis, gewezen op 21 november 2012, betrof een kort geding waarin de appellanten vorderingen hadden ingesteld tegen Pretium Telecom B.V. en D.E.M. Management Services B.V. (tezamen Pretium c.s.). De kern van het geschil betreft de vraag of de appellanten recht hebben op inzage in bepaalde gespreksopnamen en voicelogs, die zijn gemaakt tijdens telemarketinggesprekken met de schoonmoeder van [appellant sub 1]. De appellanten stellen dat zij een rechtmatig belang hebben bij het beluisteren van deze opnamen om de juistheid van de door Pretium c.s. overgelegde transcripten te verifiëren en om de integriteit van de gesprekken te controleren. Tijdens de comparitie van partijen op 12 april 2013 hebben de appellanten hun vordering vermeerderd met een verzoek om een dwangsom. Pretium c.s. heeft de vordering bestreden en stelt dat zij niet meer gegevens kan verstrekken dan reeds is gedaan. Het hof oordeelt dat de appellanten recht hebben op het beluisteren van de opnamen, maar dat de verstrekking van gegevensdragers niet gerechtvaardigd is. Het hof beveelt dat de gesprekken beluisterd kunnen worden ten kantore van een notaris, waarbij de kosten voor de appellanten zijn, indien zij een andere notaris aanwijzen. Het hof heeft de beslissing omtrent de kosten van het incident aangehouden tot de beslissing in de hoofdzaak.