2. Met in achtneming van het voorgaande staat, voor zover in hoger beroep nog van belang en aangevuld met wat overigens nog tussen partijen is komen vast te staan, het volgende tussen partijen vast.
2.1. [Parketcentrum] heeft [geïntimeerde] een “Exquisit Selectvloer” zonder knoesten geoffreerd voor een bedrag van € 7.700,-. [geïntimeerde] heeft deze offerte geaccepteerd en op 16 juni 2006 ondertekend. Aldus is tussen partijen een overeenkomst tot stand gekomen, waarbij is overeengekomen dat de vloer op 19 september 2006 zou worden geleverd en dat de werkzaamheden betreffende het leggen van de vloer op 21 september 2006 zouden starten.
2.2. Op de overeenkomst zijn de Algemene voorwaarden voor Consumenten van de Coöperatie Parketmeesters U.A. (hierna: de algemene voorwaarden) van toepassing. Artikel 13 van de algemene voorwaarden luidt, voor zover hier van belang:
“Alle geschillen of klachten van een opdrachtgever die voortvloeien uit de door een lid van ons met een opdrachtgever gesloten overeenkomst dienen in eerste instantie te worden voorgelegd aan de Klachtencommissie Parketmeesters indien dit schriftelijk door ons of ons betreffende lid schriftelijk aan de opdrachtgever is meegedeeld. Binnen één maand nadat door ons of ons desbetreffende lid schriftelijk op dit beding een beroep is gedaan, kan de opdrachtgever zich eventueel wenden tot de volgens de wet bevoegde rechter.
[...]
Teneinde ontvankelijk te zijn in zijn klacht dient de opdrachtgever voorts zijn financiële verplichtingen jegens ons lid te hebben voldaan of voorzover hij daaraan nog niet heeft voldaan, het bedrag van zijn financiële verplichtingen in depot te hebben gestort onder de Stichting Parket-, Kunststof- en Kurkvloeren. [...]
Indien de opdrachtgever zich niet kan verenigen met de beslissing van de Klachtencommissie Parketmeesters dan dient hij zich binnen twee maanden na de datum waarop de beslissing is gewezen te wenden tot de bevoegde burgerlijke rechter. Doet hij dit niet dan is de gegeven beslissing voor beide partijen bindend”
2.3. Nadat aanvankelijk vloerdelen met een verkeerde maatvoering waren geleverd, zijn andere vloerdelen geleverd en is de vloer grotendeels gelegd in de laatste week van september 2006. [geïntimeerde] heeft eind september aan [Parketcentrum] meegedeeld dat de vloer volgens hem en een door hem ingeschakelde deskundige niet voldeed aan de overeenkomst, omdat alle vloerdelen dosse gezaagd waren en de vloer een wilde print had. [geïntimeerde] heeft [Parketcentrum] daarbij meegedeeld haar aansprakelijk te houden voor schade. [Parketcentrum] heeft hierop de (leg)werkzaamheden opgeschort.
2.4. Op 2 oktober 2006 hebben de heren [A] en [B] de vloer namens [Parketcentrum] aanschouwd. Op verzoek van [Parketcentrum], heeft [X] van de firma [firma] (de leverancier van de vloerdelen) de vloer op 5 oktober 2006 geïnspecteerd.
2.5. Naar aanleiding van de klacht van [geïntimeerde] heeft een medewerker van [Parketcentrum] vervolgens lak aangebracht op enkele nog niet met olie bewerkte stroken. [geïntimeerde] was niet tevreden met het resultaat en heeft aan [Parketcentrum] meegedeeld dat het afwerken van de vloer met lak in plaats van met olie naar zijn mening niet de juiste oplossing was.
2.6. In een brief van 10 oktober 2006 heeft [X] van [firma] na een door hem uitgevoerde inspectie aan de vloer onder meer het volgende aan [Parketcentrum] geschreven:
“ (…) de zaagwijze van deze partij hout bestaat voornamelijk uit dosse gezaagd hout (…). Een exsquisit sortering behoort +/- 20% kwartiers/half kwartiers gezaagd hout te bevatten. (…) Een andere optie zou kunnen zijn de verhouding kwartiers/half kwartiers/dosse in de vloer aan te passen volgens de normering, wat inhoudt dat 20% van de vloer zal moeten worden verwijderd en nieuw materiaal zal worden geplaatst (…)”.
2.7. Op 9 november 2006 heeft er op verzoek van [geïntimeerde] een gesprek plaatsgevonden over de ontstane situatie, in welk gesprek [geïntimeerde] [Parketcentrum] heeft verzocht om schriftelijk te reageren op zijn klachten en met een voorstel te komen.
2.8. [Parketcentrum] heeft hierop gereageerd door bij brief van 11 november 2006 aan [geïntimeerde] te vragen om eerst zijn wensen inzake zijn klacht over de vloer schriftelijk aan [Parketcentrum] te doen toekomen.
2.9. In een brief d.d. 19 december 2006 heeft [geïntimeerde] aan [Parketcentrum] onder meer geschreven:
“ (…) Zoals eind november telefonisch met u besproken zullen wij, op uw verzoek, een voorstel uitwerken m.b.t. het vervangen van de vloer. Hoewel wij hierin al vrij ver gevorderd zijn ontbreekt het ons aan enige informatie. Dit betreft met name de kosten en risico’s welke direct en indirect verbonden zijn aan het verwijderen van de vloer.
Wij gaan ervan uit u de tweede helft van januari ons voorstel te doen toekomen (…)”.
2.10. In een brief, gedateerd 8 januari 2007, heeft [geïntimeerde] onder meer aan Parketmeester geschreven:
“Middels dit schrijven doen wij u het voorstel om tegen terugbetaling van de door ons gedane aanbetaling ad € 5.575- plus door u te betalen schadevergoeding ad € 3.000,= de overeenkomst (d.d. 16 juni 2006) te ontbinden.
Na ontvangst van het totaalbedrag ad € 8.575,= op onze rekening zult u worden ontslagen van alle verplichtingen om de huidige vloer uit de woning te breken, alle mogelijke schade (o.a. stucwerk en betonnen ondervloer) te herstellen, reeds gemaakte en nog bijkomende kosten te vergoeden (conform hetgeen in uw algemene voorwaarden gesteld) en een nieuwe juiste vloer te plaatsen en op te leveren.
Zoals u bekend heeft een opeenstapeling van grove fouten, miscommunicatie en twijfelachtige prioritering [...] er toe geleid dat:
• aanvankelijk een vloer (1e vloer) werd geleverd met verkeerde plankbreedte
• aanzienlijke vertraging is opgetreden bij het leggen van de 2e vloer, waardoor de vooraf overeengekomen tijdspanne niet werd gehaald
• de 2e vloer, welke door uw medewerkers bijna volledig is geplaatst, ook niet de door ons bestelde vloer bleek te zijn. (hetgeen door leverancier Albers ter plekke werd beaamd tijdens hun bezoek aan ons).
• het aandragen van alternatieven een zeer moeizaam traject is gebleken (10 weken!)
• het nakomen van afspraken onmogelijk is gebleken.
[…]
In het streven om tot een oplossing te komen hebben we moeten vaststellen dat alle besproken en onderzochte alternatieven niet aanvaardbaar zijn. Daarmee rest feitelijk één oplossing, zijnde: het volledig vervangen van de vloer. [...] Het vertrouwen in uw organisatie is zodanig geschaad dat wij willen aandringen op ontbinding van de overeenkomst zoals bovenstaand omschreven. [...]”
2.11. Bij brief van 30 januari 2007 heeft [Parketcentrum] onder meer geschreven:
“ [...]
Achteraf is geconstateerd dat de geleverde eiken exquisit niet helemaal aan de specificaties voldoet. Hoewel het een foutvrije sortering betreft zonder spint, knoesten of gebreken, is de hoeveelheid kwartiers/halfkwartiers gezaagd hout niet geheel in verhouding, dit behoort +/- 20% te bedragen.
[...]
Ondanks [...] zijn wij bereid, onder garantie, het aantal kwartiers/halfkwartiers gezaagde delen in uw vloer op +/- 20% te brengen. Wij zullen daartoe een aantal delen vervangen en vervolgens de gehele vloer schuren en opnieuw afwerken ter uwer keuze, in olie, lak of skylt.
Van een eenzijdige ontbinding van de koopovereenkomst kan absoluut geen sprake zijn. [...]
Mocht u zich niet kunnen verenigen met het voorstel kunt u zich keren tot:
Klachtencommissie
Postbus 55
3881 PM Putten [...]”
2.12. Op 23 februari 2007 heeft [geïntimeerde] aan [Parketcentrum] een brief geschreven, zoals door de rechtbank ten dele geciteerd in rechtsoverweging 2.12. In antwoord hierop heeft [Parketcentrum] op 22 maart 2007 aan [geïntimeerde] een brief geschreven, zoals door de rechtbank ten dele geciteerd in rechtsoverweging 2.13.
2.13. In een in opdracht van [geïntimeerde] door [Y] van CED Nomex B.V. te Capelle aan de IJssel opgemaakt rapport, gedateerd 2 mei 2007, staat onder meer vermeld:
“[…] Wij hebben een eiken tapis stroken parketvloer aangetroffen met een strookbreedte van 16 centimeter. De eiken stroken zijn uitsluitend dosse gezaagd en het hout heeft een uitgesproken wilde tekening, hetgeen nog wordt benadrukt door de brede, donkere nerven van het hout.
Volgens de overeenkomst zou een “Eiken Exquisit sortering zonder noesten” worden geleverd.
De sortering “Eiken Exquisit sortering zonder noesten” behoort aan de volgende specificaties te voldoen:
1) […]
5) Lichte kleurverschillen, eigen aan de structuur van het hout, zijn toegelaten.
6) […]
8) De sortering omvat minimaal 20% kwartiers en vals kwartiers gezaagde stroken.