ECLI:NL:GHARN:2012:BW5311
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake tekortkoming in de nakoming van een aannemingsovereenkomst met betrekking tot dakbedekking
In deze zaak gaat het om een hoger beroep dat is ingesteld door [appellant] tegen een vonnis van de kantonrechter. De zaak betreft een geschil over de uitvoering van een aannemingsovereenkomst tussen [appellant] en [geïntimeerde]. [appellant] heeft [geïntimeerde] aangesproken op een vermeende tekortkoming in de nakoming van de overeenkomst, specifiek met betrekking tot de dakbedekking van een uitbouw aan zijn woning. De uitbouw is in 2007 opgeleverd en de eindfactuur is door [appellant] voldaan. Echter, na inspectie door een onderaannemer in 2009, zijn er verschillende gebreken aan de dakbedekking geconstateerd, waaronder een gebrek aan afschot, wat leidde tot waterophoping op het dak.
[appellant] heeft [geïntimeerde] in 2010 een ingebrekestelling gestuurd, maar deze werd retour ontvangen met de mededeling 'niet afgehaald'. [appellant] stelt dat dit betekent dat de ingebrekestelling op de juiste wijze is aangeboden, maar het hof oordeelt dat niet is komen vast te staan dat de ingebrekestelling daadwerkelijk is ontvangen. Het hof verwijst naar eerdere jurisprudentie en concludeert dat zonder een geldige ingebrekestelling er geen sprake kan zijn van verzuim. De grieven van [appellant] worden verworpen, en het hof bekrachtigt het vonnis van de kantonrechter, waarbij [appellant] wordt veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep.
De uitspraak benadrukt het belang van de juiste procedure bij het aanbieden van ingebrekestellingen en de noodzaak om voldoende bewijs te leveren dat een ingebrekestelling daadwerkelijk is ontvangen door de tegenpartij. Het hof bevestigt dat de kantonrechter terecht heeft geoordeeld dat de tekortkoming onvoldoende was onderbouwd en dat de vordering van [appellant] niet kan worden toegewezen.