ECLI:NL:GHARN:2012:BV8905

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
5 maart 2012
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
TBS P11/0502
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging terbeschikkingstelling en transmuraal verlof in het kader van recidive risico

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 5 maart 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep over de verlenging van de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde, die sinds 2005 in een resocialisatieafdeling verblijft. De terbeschikkinggestelde heeft vanaf 2007 onafgebroken onbegeleid verlof genoten en vanaf 2009 transmuraal verlof. De kliniek heeft echter twee incidenten gerapporteerd die hebben geleid tot het stopzetten van de aanvraag voor proefverlof, wat de verlenging van het transmuraal verlof in gevaar brengt. De terbeschikkinggestelde en zijn raadsvrouw hebben betoogd dat de kliniek te zwaar tilt aan deze incidenten en dat het risico op recidive aanvaardbaar laag is. Ze verzoeken om afwijzing van de vordering van de officier van justitie en om schorsing van de behandeling om onderzoek te doen naar een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging.

Het Openbaar Ministerie heeft echter gesteld dat het risico op recidive binnen het kader van de maatregel op matig wordt ingeschat, maar buiten het kader hoog. De advocaat-generaal heeft gepleit voor verlenging van de maatregel met een jaar om de voortgang van de resocialisatie te waarborgen. Het hof heeft de argumenten van beide partijen overwogen en geconcludeerd dat de veiligheid van anderen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd. De rechtbank Zwolle-Lelystad had eerder op 18 november 2011 de terbeschikkingstelling met twee jaar verlengd, en het hof heeft deze beslissing bevestigd, met de opmerking dat de meldplicht van incidenten door de kliniek geen relevante omstandigheden zijn voor de verlenging van de maatregel.

Het hof heeft de verzoeken van de terbeschikkinggestelde afgewezen en bevestigd dat het niet verlengen van het transmuraal verlof het resocialisatietraject ernstig kan verstoren, maar dat dit niet voldoende is om de maatregel niet te verlengen. De beslissing van het hof is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

TBS P11/0502
Beslissing d.d. 5 maart 2012
De kamer van het hof als bedoeld in artikel 67 van de Wet op de rechterlijke organisatie heeft te beslissen op het beroep van
(naam terbeschikkinggestelde),
geboren te (plaats) op (datum),
verblijvende in (kliniek).
Het beroep is ingesteld tegen de beslissing van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 18 november 2011, houdende verlenging van de terbeschikkingstelling met een termijn van twee jaar.
Het hof heeft gelet op de stukken, waaronder:
- het verlengingsadvies van 9 september 2011 van de (kliniek);
- de vordering van de officier van justitie, ingekomen op 16 september 2011;
- het proces-verbaal van het onderzoek in eerste aanleg;
- de beslissing waarvan beroep;
- de akte van hoger beroep van de terbeschikkinggestelde van 21 november 2011;
- de aanvullende informatie van de (kliniek), van 13 februari 2012;
- de door de raadsvrouw ter zitting overlegde stukken.
Het hof heeft ter terechtzitting van 20 februari 2012 gehoord de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr S. Marjanovic, advocaat te ’s-Gravenhage, en de advocaat-generaal mr A. A. Schut.
Overwegingen:
Het standpunt van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsvrouw
De kliniek tilt te zwaar aan de twee incidenten die hebben geleid tot het stopzetten van de aanvraag proefverlof. De verlenging van het transmuraal verlof staat nu op de tocht terwijl de terbeschikkinggestelde al vanaf 2005 op de resocialisatieafdeling zit, vanaf 2007 onafgebroken onbegeleid verlof heeft genoten en vanaf 2009 transmuraal verlof. Ook na zijn terugkeer op (afdeling) zijn alle vrijheden behouden. Het huidige toezicht bestaat uit een wekelijks mentorgesprek en maandelijkse relatiegesprekken. De terbeschikkinggestelde heeft nooit negatief gescoord op UC’s en zijn contract op zijn werk wordt uitgebreid van 24 naar 28 uur. Ook draagt hij op zijn werk de verantwoordelijkheid voor andere werknemers. Hij heeft zijn financiën op orde en met betrekking tot zijn schulden zijn de schuldhulpverlening en een bewindvoerder ingeschakeld. De terbeschikkinggestelde doet het goed in de maatschappij. Het advies van de kliniek dat er verlengd moet worden met twee jaar en dat er langdurig toezicht nodig zou zijn is daarom ongerijmd.
Primair wordt verzocht de vordering van de officier af te wijzen nu het risico op recidive aanvaardbaar laag is.
Subsidiair wordt verzocht de behandeling van de zaak te schorsen om onderzoek te doen naar de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging. De terbeschikkinggestelde loopt nu het risico dat het transmuraal verlof niet wordt verlengd door het ministerie, wat zal leiden tot terugplaatsing in de kliniek. Terugplaatsing heeft geen meerwaarde en de behandeling en het resocialisatietraject zal daardoor stagneren. Vanwege het eerdere voornemen van de kliniek om proefverlof aan te vragen zijn de contacten met de reclassering al tot stand gekomen.
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De aanvraag van het proefverlof is door twee incidenten op de lange baan geschoven. Dat klemt nu de terbeschikkinggestelde al lang in de kliniek zit. Binnen het kader van de maatregel wordt het risico op recidive ingeschat op matig. Buiten het kader is het risico hoog. Het resocialisatietraject zal nog langer dan een jaar duren. Vanuit de kliniek wordt toegewerkt naar het zelfstandig wonen van de terbeschikkinggestelde.
De terbeschikkinggestelde werkt, heeft op zijn werk verantwoordelijkheden, gaat in april trouwen en heeft aldus een rooskleurige toekomst. Belangrijk is dat er voortvarend wordt geresocialiseerd. De advocaat-generaal heeft geconcludeerd tot verlenging van de maatregel met een jaar om de voortgang van de resocialisatie te bewaken. De advocaat-generaal heeft zich verzet tegen schorsing van de behandeling nu een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging prematuur is.
Het oordeel van het hof
Uit de stukken blijkt dat het risico op recidive binnen het kader van de maatregel op laag tot matig wordt ingeschat. Buiten het kader van de maatregel wordt het risico, zeker op de lange termijn, op hoog ingeschat. De twee incidenten onderstrepen dat. Aldus is het hof van oordeel dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen in dit geval eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling wordt verlengd.
Een onderzoek naar de mogelijkheden van een voorwaardelijke beëindiging van de verpleging acht het hof prematuur en om die reden niet noodzakelijk. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.
Het hof is van oordeel dat de rechtbank op juiste gronden heeft geoordeeld en op juiste wijze heeft beslist. Daarom zal de beslissing waarvan beroep met overneming van die gronden worden bevestigd, met de volgende aanvulling.
De terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege is bij vonnis van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 16 mei 2000 aan de terbeschikkinggestelde opgelegd ter zake van misdrijven die gericht zijn tegen of gevaar veroorzaken voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, te weten:
- aanranding van de eerbaarheid;
- met iemand, die de leeftijd van twaalf jaren maar nog niet die van zestien jaren heeft bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen plegen die mede bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam.
Het hof merkt overigens op dat ook al zou het zo zijn dat de kliniek om haar moverende redenen niet of niet tijdig gevolg heeft gegeven aan de meldplicht van incidenten aan het ministerie en wat er ook zij van de eventuele gevolgen daarvan voor de verlenging van het transmuraal verlof, dit geen omstandigheden zijn die relevant zijn voor de beslissing of de maatregel al dan niet moet worden verlengd. Het hof verwacht desalniettemin dat het niet verlengen van het transmuraal verlof het resocialisatietraject van de terbeschikkinggestelde ernstig zal verstoren.
Beslissing
Het hof:
Wijst af het verzoek tot schorsing van het onderzoek met voormeld doel.
Bevestigt de beslissing van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 18 november 2011 met betrekking tot de terbeschikkinggestelde (terbeschikkinggestelde).
Aldus gedaan door
mr M. Otte als voorzitter,
mr E.A.K.G. Ruys en mr J.P. Bordes als raadsheren,
en drs. T. van Iersel en dr. L. Kaiser als raden,
in tegenwoordigheid van mr A.H. Hettema als griffier,
en op 5 maart 2012 in het openbaar uitgesproken.
De raden zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.