ECLI:NL:GHARN:2010:BP0663
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- B.J.J. Melssen
- G.M. van der Meer
- Th.P.M. Moons
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige in het kader van de zorg voor de opvoeding
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 21 december 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep over de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige [kind]. De moeder, die in hoger beroep ging, verzocht de eerdere beschikking van de kinderrechter te vernietigen, waarin de machtiging tot uithuisplaatsing was verleend. De kinderrechter had op 1 juli 2010 besloten om [kind], geboren op 26 januari 2010, onder toezicht te stellen en hem uit huis te plaatsen in een pleeggezin. De moeder en de vader hebben gezamenlijk gezag over [kind]. Het hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak zorgvuldig gewogen, waaronder de zorgbehoefte van de moeder en de opvoedingsvaardigheden die zij toonde.
Het hof oordeelde dat de moeder onvoldoende in staat was om voor [kind] te zorgen, ondanks dat er mogelijkheden waren voor tijdelijke opvang bij de oma van de moeder. De moeder had 24-uurs zorg nodig, die niet kon worden geboden in de huidige woonsituatie. Het hof concludeerde dat de machtiging tot uithuisplaatsing noodzakelijk was in het belang van de verzorging en opvoeding van [kind]. De beslissing van de kinderrechter werd dan ook bekrachtigd.
De zaak benadrukt het belang van de zorg voor de minderjarige en de verantwoordelijkheden van ouders in situaties waarin de opvoedingsvaardigheden in het geding zijn. Het hof heeft de belangen van [kind] vooropgesteld en de beslissing genomen in het kader van de zorgplicht die de ouders hebben.