ECLI:NL:GHARN:2010:BO4249
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep
- E. van der Herberg
- G. Mintjes
- J.D. den Hartog
- Rechtspraak.nl
Beëindiging van de ISD-maatregel wegens ongewenstverklaring en gebrek aan perspectief op terugkeer
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 9 november 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen de beslissing van de rechtbank Amsterdam van 24 juni 2010. De rechtbank had bepaald dat de tenuitvoerlegging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders (ISD) moest worden voortgezet. Het hof heeft deze beslissing vernietigd en geoordeeld dat de ISD-maatregel niet langer zinvol is. Dit oordeel is gebaseerd op de omstandigheid dat de betrokkene, die ongewenst was verklaard, niet in staat is om de maatregel effectief te ondergaan. De ISD-maatregel was oorspronkelijk opgelegd om de maatschappij te beschermen tegen de betrokkene, die ondanks zijn ongewenstverklaring in Nederland bleef en strafbare feiten bleef plegen. Het hof benadrukt dat de ISD-maatregel niet bedoeld is om vreemdelingenrechtelijke problemen op te lossen of bij te dragen aan het uitzettingsbeleid. De betrokkene kan door zijn ongewenstverklaring niet begeleid worden in zijn terugkeer naar de samenleving, wat essentieel is voor het beheersen van het recidiverisico. Het hof concludeert dat er geen perspectief is op een snelle invulling van de maatregel, wat niet aan de betrokkene te wijten is. Daarom heeft het hof besloten de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders te beëindigen.