ECLI:NL:GHARN:2010:BN7114

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
13 september 2010
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
24-001372-09
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van vernieling van een personenauto na hoger beroep

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 13 september 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad. De verdachte was eerder veroordeeld voor het opzettelijk beschadigen van een auto, maar heeft in hoger beroep vrijspraak gevraagd. De politierechter had de verdachte veroordeeld tot een straf, maar de verdachte heeft tijdig hoger beroep aangetekend. Tijdens de zitting in hoger beroep heeft de raadsvrouw van de verdachte verklaard dat zij de verdachte ter terechtzitting mocht verdedigen.

De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof de verdachte zou veroordelen tot een werkstraf van 40 uren, subsidiair 20 dagen hechtenis. Het hof heeft echter geconcludeerd dat de bewijsvoering niet voldoende was om de verdachte te veroordelen. De getuige heeft verklaard dat hij de verdachte in de nacht van 30 maart 2008 bij een container heeft gezien, maar heeft niet waargenomen dat de verdachte de auto van de aangever heeft beschadigd. De verdachte heeft bovendien ontkend de auto te hebben beschadigd.

Gezien het gebrek aan overtuigend bewijs heeft het hof geoordeeld dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat de verdachte de auto van de aangever heeft beschadigd. Het hof heeft daarom het vonnis van de eerste rechter vernietigd en de verdachte vrijgesproken van de tenlastegelegde feiten. De uitspraak van het hof is een belangrijke bevestiging van het beginsel dat de verdachte onschuldig is totdat zijn schuld wettig en overtuigend is bewezen.

Uitspraak

Parketnummer: 24-001372-09
Parketnummer eerste aanleg: 07-601266-08
Arrest van 13 september 2010 van het gerechtshof te Arnhem, nevenzittingsplaats Leeuwarden, meervoudige strafkamer, op het hoger beroep tegen het vonnis van de politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad van 25 mei 2009 in de strafzaak tegen:
[verdachte],
geboren op [1988] te [geboorteplaats],
wonende te [woonplaats], [adres],
niet ter terechtzitting verschenen. Wel verschenen is de raadsvrouw van verdachte mr. J.M.M. Pater, advocaat te Emmeloord.
Het vonnis waarvan beroep
De politierechter in de rechtbank Zwolle-Lelystad heeft de verdachte bij het vonnis wegens een misdrijf veroordeeld tot een straf, zoals in dat vonnis omschreven.
Gebruik van het rechtsmiddel
De verdachte is op de voorgeschreven wijze en tijdig in hoger beroep gekomen.
Het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep
De raadsvrouw van verdachte heeft verklaard uitdrukkelijk te zijn gemachtigd verdachte ter terechtzitting te verdedigen.
Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep, alsmede het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg.
De vordering van de advocaat-generaal
De advocaat-generaal heeft gevorderd dat het hof verdachte zal veroordelen tot een werkstraf van 40 uren subsidiair 20 dagen hechtenis.
De beslissing op het hoger beroep
Het hof komt tot een andere beslissing dan de eerste rechter.
Daarom zal het vonnis worden vernietigd en opnieuw recht worden gedaan.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is ten laste gelegd, dat:
hij op of omstreeks 30 maart 2008 te Emmeloord, gemeente [gemeente] opzettelijk en wederrechtelijk een auto, in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, heeft vernield en/of beschadigd en/of onbruikbaar gemaakt.
Vrijspraak
Getuige [getuige] heeft verklaard dat hij zag dat verdachte in de nacht van 30 maart 2008 te Emmeloord bij een container stond en hoorde dat verdachte ergens tegenaan trapte dat van ijzer moest zijn. De volgende dag bleek dat de auto van aangever [slachtoffer] te zijn beschadigd. De auto van [slachtoffer] stond de nacht van 30 maart 2008 ergens in de straat waar ook verdachte was gesignaleerd door getuige [getuige]. Deze getuige heeft niet verklaard dat hij heeft gezien dat verdachte de auto van [slachtoffer] heeft beschadigd. Verdachte heeft verklaard dat hij geen auto heeft beschadigd. Een ander bewijsmiddel dan de aangifte van [slachtoffer] ontbreekt in deze zaak.
Gelet op het vorenstaande is het hof van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen is dat de auto van aangever [slachtoffer] door verdachte is beschadigd.
Derhalve acht het hof niet bewezen hetgeen aan verdachte is ten laste gelegd, zodat hij daarvan moet worden vrijgesproken.
De uitspraak
HET HOF,
RECHT DOENDE OP HET HOGER BEROEP:
vernietigt het vonnis, waarvan beroep, en opnieuw recht doende:
verklaart het verdachte ten laste gelegde niet bewezen en spreekt hem daarvan vrij.
Dit arrest is aldus gewezen door mr. S.H. Wachter, voorzitter, mr. H.J. Deuring en mr. B.F. Keulen, in tegenwoordigheid van mr. M. Nijhuis als griffier, zijnde mr. B.F. Keulen buiten staat dit arrest mede te ondertekenen.