ECLI:NL:GHARN:2010:BL8120

• Datum uitspraak: 2 maart 2010
• Publicatiedatum: 5 april 2013
• Zaaknummer: AVNR: 798-09
• Instantie: Gerechtshof Arnhem
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Hoger beroep
• Rechters: E.A.K.G. Ruys; Y.A.J.M. van Kuijck; C. Caminada
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid in hoger beroep tegen beschikking ex artikel 36 Sv

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 2 maart 2010 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een beschikking van de rechtbank Utrecht van 18 november 2008. Het hoger beroep was ingesteld door de appellant, die gedetineerd was en vertegenwoordigd werd door zijn raadsman. De rechtbank had eerder een verzoek ex artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering behandeld, maar het hof oordeelde dat tegen deze beschikking geen hoger beroep of cassatie openstaat, zoals bepaald in artikel 445 van het Wetboek van Strafvordering.

Tijdens de behandeling in openbare raadkamer op 1 februari 2010 heeft de advocaat-generaal het hof geïnformeerd. De appellant heeft aangegeven niet gehoord te willen worden, middels een afstandsverklaring. De raadsman van de appellant was niet aanwezig. Het hof heeft vastgesteld dat de beschikking van de rechtbank een beslissing betreft die niet vatbaar is voor hoger beroep, waardoor de appellant niet-ontvankelijk werd verklaard in zijn hoger beroep.

De uitspraak van het hof benadrukt de strikte toepassing van de regels omtrent hoger beroep in strafzaken, met name in gevallen waar de wet expliciet aangeeft dat er geen mogelijkheid tot hoger beroep bestaat. Dit onderstreept het belang van de rechtszekerheid en de noodzaak voor appellanten om zich bewust te zijn van de juridische mogelijkheden en beperkingen die hen ten dienste staan.

Uitspraak

GERECHTSHOF AMSTERDAM

zitting houdende te Arnhem

Avnr: 798-09

Het gerechtshof heeft te beslissen op het hoger beroep ingesteld door:

[naam appellant],

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],

thans gedetineerd in [adres detentie],

domicilie kiezende te [adres kantoor raadsman],

ten kantore van zijn raadsman, hierna te noemen appellant.

Het hoger beroep is ingesteld tegen de beschikking van de rechtbank te Utrecht van 18 november 2008 (rekestnummer 08/739) houdende de beslissing op een verzoek ex artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering.

Het hof heeft gehoord in openbare raadkamer van 1 februari 2010 de advocaat-generaal. Appellant heeft door middel van een op 1 februari 2010 gedateerde afstandsverklaring aangegeven dat hij niet wenst te worden gehoord. Tevens is de raadsman [naam raadsman], advocaat te [plaatsnaam], niet verschenen.

Het hof heeft kennis genomen van:

-het verzoekschrift, ingediend op 3 juni 2008 ter griffie van de rechtbank te Utrecht door [naam raadsman] voornoemd;

-het proces-verbaal van de behandeling van het verzoek door de rechtbank;

-voormelde beschikking van de rechtbank;

-de verklaring rechtsmiddel als bedoeld in artikel 451a, eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering van 4 december 2008, waarbij door appellant hoger beroep werd ingesteld tegen voormelde beschikking;

-de overige zich in het dossier bevindende stukken.

OVERWEGINGEN

Het hoger beroep is ingesteld tegen een beslissing op een verzoek ex artikel 36 van het Wetboek van Strafvordering. Dit is een beschikking in de zin van artikel 138 van dat wetboek, waartegen ingevolge artikel 445 van dat wetboek geen hoger beroep of beroep in cassatie openstaat. Appellant is dan ook niet ontvankelijk in zijn hoger beroep.

BESCHIKKENDE

Het hof:

-verklaart appellant niet-ontvankelijk in zijn hoger beroep.

Deze beschikking is gegeven te Arnhem door mrs. E.A.K.G. Ruys, voorzitter,

Y.A.J.M. van Kuijck en C. Caminada, raadsheren, in tegenwoordigheid van

mr. M.E.B. Rasing, griffier, ondertekend door de voorzitter en de griffier en uitgesproken ter openbare zitting van 2 maart 2010.