ECLI:NL:GHARN:2009:BI1574
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijstelling onroerendezaakbelasting voor diplomatiek personeel
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 1 april 2009 uitspraak gedaan over de onroerendezaakbelasting (OZB) die aan belanghebbende, een diplomatiek persoon, was opgelegd voor het jaar 2003. De heffingsambtenaar van de gemeente Onderbanken had een aanslag opgelegd, welke na bezwaar door de heffingsambtenaar was gehandhaafd. Belanghebbende ging in beroep bij het gerechtshof te 's-Hertogenbosch, dat het beroep ongegrond verklaarde. Echter, de Hoge Raad vernietigde deze uitspraak en verwees de zaak terug naar het Gerechtshof Arnhem.
Tijdens de zitting op 1 april 2009 erkende de heffingsambtenaar dat belanghebbende recht had op vrijstelling van de onroerendezaakbelasting op basis van de Regeling diplomatieke en internationale vrijstellingen gemeentelijke belastingen. Het Hof oordeelde dat de aanslag niet in stand kon blijven en verklaarde het beroep gegrond. De uitspraak op bezwaar werd vernietigd en de belastingaanslag werd opgeheven. Tevens werd de gemeente Onderbanken gelast om het griffierecht van € 37 aan belanghebbende te vergoeden.
De beslissing werd openbaar uitgesproken op dezelfde datum, en beide partijen hebben de mogelijkheid om binnen zes weken na de verzenddatum beroep in cassatie in te stellen bij de Hoge Raad der Nederlanden. Het Hof heeft de partijen geïnformeerd over de vereisten voor het indienen van een cassatieberoep, waaronder het indienen van een afschrift van de uitspraak en het ondertekenen van het beroepschrift.