ECLI:NL:GHARN:2009:BI1338
Gerechtshof Arnhem
- Raadkamer
- E.A.K.G. Ruys
- B.P. Snijder
- Rechtspraak.nl
Verzoek om vergoeding van kosten ex artikel 591a Sv na vrijspraak en veroordeling tot jeugddetentie
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 12 januari 2009 uitspraak gedaan in een verzoekschrift dat was ingediend door de verzoeker, die eerder was vrijgesproken van een ten laste gelegd feit en voor een ander feit, namelijk diefstal, was veroordeeld tot jeugddetentie van twee weken. Het verzoek was gericht op het verkrijgen van een vergoeding voor de kosten van de rechtsbijstand op basis van artikel 591a van het Wetboek van Strafvordering. Het hof heeft vastgesteld dat het verzoekschrift tijdig was ingediend en derhalve ontvankelijk was. Tijdens de openbare raadkamer op 15 december 2008 was de advocaat-generaal aanwezig, evenals de raadsman van de verzoeker, maar de verzoeker zelf was niet verschenen. Het hof heeft de relevante stukken in het dossier bekeken, waaronder de conclusie van de advocaat-generaal en eerdere correspondentie van de raadsman.
Het hof overweegt dat, volgens vaste jurisprudentie, de term 'zaak' in de context van artikel 591a Sv betrekking heeft op alles wat met het rechtsgeding te maken heeft. Aangezien er een onderzoek ter terechtzitting heeft plaatsgevonden, is de zaak niet geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel, en is er geen toepassing gegeven aan artikel 9a van het Wetboek van Strafvordering. Hierdoor is de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek om vergoeding van de kosten. De uitspraak van het hof benadrukt het belang van de voorwaarden waaronder een verzoek om vergoeding kan worden ingediend en de noodzaak dat de zaak daadwerkelijk zonder straf of maatregel eindigt om in aanmerking te komen voor een vergoeding.