ECLI:NL:GHARN:2008:BC8185
Gerechtshof Arnhem
- Hoger beroep kort geding
- A.G. Coumans
- E.A.K.G. Ruys
- A.E. Harteveld
- Rechtspraak.nl
Tussentijdse toetsing van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders
In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 31 maart 2008 uitspraak gedaan in hoger beroep van een kort geding met betrekking tot de voortzetting van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders. Het hof heeft de noodzaak tot voortzetting van deze maatregel beoordeeld, waarbij het belang van een tijdige tussentijdse toetsing zwaar weegt. De maatregel was eerder opgelegd op 24 juli 2006, met de voorwaarde dat binnen één jaar een tussentijdse beoordeling zou plaatsvinden. De advocaat-generaal heeft geadviseerd om de tenuitvoerlegging van de maatregel voort te zetten.
Het hof heeft vastgesteld dat de tekst van artikel 38s van het Wetboek van Strafrecht het hof niet dwingt om zich onbevoegd te verklaren. Gezien de termijn die de maatregel nog loopt, heeft het hof besloten de tussentijdse toetsing aan zich te houden en zelf af te doen. De beoordeling is gebaseerd op de noodzaak van de maatregel voor de beveiliging van de maatschappij en de kans op terugval in delictgedrag bij beëindiging van de maatregel.
Het hof concludeert dat er geen grond is om de maatregel te beëindigen. De voortzetting van de maatregel is noodzakelijk om onveiligheid en ernstige overlast in het publiek domein te voorkomen. De beslissing is openbaar uitgesproken door de voorzitter en de raadsheren, met de griffier aanwezig.