ECLI:NL:GHARN:2006:BG6050

Gerechtshof Arnhem

Datum uitspraak
1 augustus 2006
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AVNR 9992
Instantie
Gerechtshof Arnhem
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Raadkamer
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vergoeding voor schade door voorlopige hechtenis en verzekering

In deze zaak heeft het Gerechtshof Arnhem op 1 augustus 2006 uitspraak gedaan over een verzoekschrift tot vergoeding van schade als gevolg van voorlopige hechtenis en verzekering. Verzoeker was op 16 november 2004 in verzekering gesteld en zijn voorlopige hechtenis was geschorst op 29 december 2004. Gedurende deze periode heeft verzoeker 43 dagen in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht, waarvan 9 dagen in een politiecel en/of onder beperkingen. Het hof heeft vastgesteld dat verzoeker niet de kans heeft gekregen om afstand te doen van de in beslag genomen voorwerpen, wat heeft geleid tot de onttrekking aan het verkeer van een mes en een riem. Dit heeft het hof buiten beschouwing gelaten bij de beoordeling van de ontvankelijkheid van het verzoekschrift.

Het hof heeft het verzoekschrift ontvankelijk verklaard en op basis van artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering besloten om verzoeker een schadevergoeding toe te kennen. De vergoeding bedraagt € 70 per dag voor de dagen in verzekering en voorlopige hechtenis, en € 25 per dag voor de dagen doorgebracht op het politiebureau en/of in beperkingen. In totaal is aan verzoeker een bedrag van € 3.235 toegekend, dat door de griffier moet worden overgemaakt op het aangegeven bankrekeningnummer.

De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de advocaat-generaal en de raadsvrouw van verzoeker, die op de zitting niet verschenen was. Het hof heeft de beslissing genomen op basis van de omstandigheden van de zaak en de wettelijke bepalingen, waarbij het belang van billijkheid in acht is genomen.

Uitspraak

GERECHTSHOF TE ARNHEM
Pkn: 21-001340-05
Avnr: 9992
Het hof heeft gezien het op 24 augustus 2005 ter griffie van het hof ingekomen verzoekschrift van [naam raadsman A], advocaat te [plaatsnaam], namens,
[naam verzoeker]
geboren te [geboorteplaats], op [geboortedatum],
wonende te [adres verzoeker],
hierna te noemen verzoeker,
strekkende tot toekenning van een vergoeding ex artikel 89 van het Wetboek van Strafvordering ter zake van schade als gevolg van ondergane verzekering en voorlopige hechtenis.
Het hof heeft gehoord in openbare raadkamer van 3 juli 2006 de advocaat-generaal en de raadsvrouw van verzoeker, [naam raadsvrouw B], advocaat te [plaatsnaam].
Verzoeker is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen.
Het hof heeft kennis genomen van de overige zich in het procesdossier bevindende stukken, waaronder de conclusie van de advocaat-generaal.
OVERWEGINGEN
1. Verzoeker is bij arrest van 10 augustus 2005 door dit hof van het primair tenlastegelegde vrijgesproken en ten aanzien van het subsidiair tenlastegelegde ontslagen van alle rechtsvervolging. Bij dit arrest is de onttrekking aan het verkeer bevolen van een mes (in de vorm van een gesp van een riem) en een riem zodat niet gezegd kan worden dat de zaak geëindigd is zonder oplegging van straf of maatregel. Het hof zal deze omstandigheid bij de beoordeling van de ontvankelijkheid van het verzoekschrift echter buiten beschouwing laten, nu verzoeker door de verbalisanten niet de kans is geboden om afstand te doen van deze voorwerpen en het hof derhalve alsnog diende te beslissen dat genoemde voorwerpen werden onttrokken aan het verkeer.
2. Het verzoekschrift is tijdig ingediend en is in zoverre ontvankelijk.
3. De advocaat-generaal heeft volhard bij zijn eerdere schriftelijke conclusie van
27 oktober 2005.
4. De raadsvrouw heeft gepersisteerd bij het verzoek.
5. Op grond van het bepaalde in artikel 89 en verder van het Wetboek van Strafvordering kan de rechter aan de gewezen verdachte, in het geval de zaak is geëindigd zonder oplegging van straf of maatregel of met zodanige oplegging, doch op grond van een feit waarvoor voorlopige hechtenis niet is toegelaten, en de rechter daarvoor – alle omstandigheden in aanmerking genomen – gronden van billijkheid aanwezig acht, een vergoeding toekennen voor schade die hij heeft geleden ten gevolge van ondergane verzekering en voorlopige hechtenis. Een dergelijk geval doet zich hier voor.
6. Verzoeker is op 16 november 2004 in verzekering gesteld. Vervolgens is op
19 november 2004 de bewaring ingegaan en daarop volgend is zijn gevangenhouding bevolen. De voorlopige hechtenis is geschorst op 29 december 2004.
Derhalve heeft verzoeker 43 dagen in verzekering en in voorlopige hechtenis doorgebracht. Van deze dagen heeft hij 9 dagen in een politiecel en/of beperkingen doorgebracht.
7. Het hof zal aan verzoeker een vergoeding toekennen van € 70,= per dag in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht en daarboven € 25,= per dag doorgebracht op het politiebureau en / of in beperkingen.
8. Met inachtneming van het bovenstaande kan aan verzoeker worden toegekend:-
- 43 dagen in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht € 3.010,=
- 9 dagen in een politiecel en/of beperkingen doorgebracht € 225, =
totaal € 3.235,=
BESCHIKKENDE
Het hof:
- kent aan verzoeker toe op gronden als hiervoor omschreven een vergoeding uit ’s Rijks kas ten bedrage van € 3.235 (zegge: drieduizend tweehonderdvijfendertig euro) en gelast de tenuitvoerlegging daarvan;
- beveelt de griffier om bovenstaand bedrag over te maken op het bankrekeningnummer [nummer] t.n.v. Stichting Beheer Derdengelden [naam].
Deze beschikking is gegeven te Arnhem door mrs E.A.K.G. Ruys, voorzitter,
A.G. Coumans en E. van der Herberg, raadsheren, in tegenwoordigheid van
J.R.M. Roetgerink, griffier, ondertekend door de voorzitter, zijnde de griffier buiten staat deze beschikking mede te ondertekenen, en uitgesproken ter openbare zitting van 1 augustus 2006.