ECLI:NL:GHARN:2000:AA5066
Gerechtshof Arnhem
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- F.J.P.M. Haas
- W.J.N.M. Snoijink
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting
In deze zaak, behandeld door het Gerechtshof Arnhem op 19 januari 2000, betreft het een beroep tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd door de gemeente Zwolle. De belanghebbende, aangeduid als X, had bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag die was opgelegd voor het parkeren op 6 augustus 1997. De ambtenaar van de gemeente had de naheffingsaanslag gehandhaafd, waarop X in beroep ging. Tijdens de procedure stelde X dat zij een parkeerbon had gekocht en dat deze goed zichtbaar achter de voorruit was geplaatst. Ter onderbouwing overhandigde zij een kopie van het parkeerkaartje, dat aangaf dat zij tot 11:13 uur betaald had voor het parkeren.
De ambtenaar van de gemeente, vertegenwoordigd door het Wnd. Hoofd bureau belastingen, voerde aan dat de naheffingsaanslag terecht was opgelegd. Hij overhandigde een proces-verbaal van de parkeercontroleur, waarin werd gesteld dat X geen geldig parkeerbewijs had. Het hof oordeelde dat de ambtenaar onvoldoende bewijs had geleverd om de stelling van X te weerleggen dat zij de verschuldigde belasting had betaald. Het hof verwees naar artikel 20 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, dat bepaalt dat naheffing alleen mogelijk is als de belasting op aangifte niet is voldaan.
Uiteindelijk oordeelde het hof dat het beroep van X gegrond was. De uitspraak van de ambtenaar werd vernietigd en de naheffingsaanslag werd opgeheven. Tevens werd de ambtenaar gelast om het door X gestorte griffierecht van 45 gulden te vergoeden. De beslissing werd openbaar uitgesproken en partijen kregen de mogelijkheid om binnen vier weken een verzoek in te dienen voor vervanging van de mondelinge uitspraak door een schriftelijke uitspraak.